TY - GEN AU - Schoot, E. van de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3735 AB - Aanleiding voor dit onderzoek waren het onethisch leiderschap van gurus en het weinig onderzochte veld van zorgethiek en leiderschap. De bestaande literatuur omtrent leiderschap en zorgethiek is hiervoor vergeleken met het werk van Tronto (1993) en Walker (2007) over macht en ongelijkheid en de analyses van Jensen (2019) en Van der Braak (2006) van leiderschapsethiek van gurus. De analyse hield codering en de creatie van vergelijkingstabellen in. De belangrijkste uitkomst is de overlap tussen ‘zorgzaam leiderschap’ (leiderschap op basis van zorgethiek) en leiderschap van gurus dat ethisch wordt genoemd door Jensen (2019) en Van der Braak (2006), hier genoemd: ‘zorgzaam guru leiderschap’. Hoewel hierin macht, ongelijkheid en het delen van macht een positieve rol spelen, worden op basis van Tronto (2013) en Walker (2007) kritische kanttekeningen geplaatst wat betreft de haalbaarheid. Toekomstig onderzoek wordt aangeraden o.a. om het perspectief van de guru, dat in dit onderzoek ondergepresenteerd is, meer te belichten. PB - [s.l.] : s.n. TI - A Care Ethical Perspective on the Leadership of Gurus L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3735/V5.3-FINAL-A-Care-Ethical-Perspective-on-the-Leadership-of-Gurus.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Osch, L van PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3459 AB - In this thesis, a critique of modern humanism’s concept of man is articulated with a special interest into the way in which meaning is produced. Modern humanism’s concept of man and the implied values of autonomy, human dignity and individual responsibility constitute much of the values of current societies. Martin Heidegger opposes modern humanism’s concept of man. According to his Sein und Zeit, not man’s subjective rationality constitutes human existence and the way in which meaning is produced but man’s spatial relation with/in the world. Peter Sloterdijk’s trilogy Sphären builds upon Heidegger’s understanding of existential spatiality. Bringing Heidegger’s concept of being-in-the-world and Sloterdijk’s concept of being-in-spheres into an interplay with each other and with modern humanism’s concept of man, this thesis comprises an enquiry into existential spatiality and contributes to a reconceptualisation of modern humanism’s concept of man. The research is conducted with a critical, comparative, theoretical, philosophical methodology, meaning that the presuppositions of modern humanism’s concept of man are critically examined through a critical comparative conceptual study of Heidegger’s and Sloterdijk’s understanding of existential spatiality. The study shows that modern humanism’s concept of man comprises a rational self which constitutes the center and origin of meaning. Humans ought to act autonomously and are principally different to (other) animals. Heidegger’s understanding of existential spatiality critiques modern humanism’s concept of man by rejecting the primacy of understanding the human as a rational entity because meaning is predominantly produced in the relationship with the environment which is, furthermore, mediated by moods and other humans. However, as will be argued in this thesis, Heidegger does not critique humanism’s concept of man regarding the ideal of autonomy and the principal moral difference to animals. Sloterdijk’s understanding of existential spatiality critiques modern humanism’s concept of man by denying that the human exists individually because human subjectivity depends on co-subjectivity i.e. on the inhabitation of socially shared spaces. Furthermore, the human is not able to be completely autonomously, since moods and technique co-create the human. However, as will be argued in this thesis, Sloterdijk does not critique humanism’s concept of man regarding the self as the center and origin of meaning and the principal difference to animals. PB - [s.l.] : s.n. TI - Spatial Existence: Being Human? A critical comparative theoretical philosophical enquiry into Heidegger’s being-in-the-world and Sloterdijk’s being-in-spheres critiquing modern humanism’s concept of man. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3459/MA%20thesis.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Vermaat, Marije PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3506 AB - Verzorgenden en verpleegkundigen werkzaam in de ouderenzorg hebben in hun werk dagelijks te maken met leed, eenzaamheid, verdriet en moeilijk gedrag van patiënten en bewoners. Dit kan hen emotioneel raken en brengt emotionele belasting met zich mee. Er is echter weinig tijd en ruimte om dit te bespreken en bovendien wordt het toelaten en laten zien van emoties in het werkveld vaak gezien als onprofessioneel. Door middel van zorgethisch onderzoek is in kaart gebracht hoe verzorgenden en verpleegkundigen van Pieter van Foreest het uiten van ‘moeilijke’ emoties binnen een institutionele context ervaren. Hierbij is gebruikgemaakt van de methode institutionele etnografie. De data zijn verzameld door middel van observeren, interviewen en het analyseren van documenten. Uit de resultaten blijkt dat verzorgenden en verpleegkundigen tijdens hun werk verschillende ‘moeilijke’ emoties ervaren. Opvattingen over professionaliteit, organisatie- en werkstructuren, verschillende ervaringen van cultuur en normen van goede zorg kunnen invloed hebben op het uiten van deze emoties. Verzorgenden en verpleegkundigen lijken hun eigen emoties en behoeften naar de achtergrond te verplaatsen, om zo aan de behoeften van de bewoners te kunnen voldoen. Alhoewel emoties door verzorgenden en verpleegkundigen als signaleringsinstrument gebruikt worden, lijkt de morele waarde van emoties niet onderkend te worden. Het is van belang dat binnen zorgorganisaties morele ruimtes gecreëerd worden waar aandacht is voor emoties en waar emoties gebruikt kunnen worden om waarden, behoeften of verantwoordelijkheden te verduidelijken. Zo kan een interactief, reflectief proces ontstaan en een herverdeling van verantwoordelijkheden plaatsvinden. PB - [s.l.] : s.n. TI - Bron of belemmering ? Een zorgethisch onderzoek naar emoties en morele ruimte in de ouderenzorg L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3506/Masterthesis%20Zorgethiek%20en%20Beleid%20Marije%20Vermaat%20.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Konink, A. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3468 AB - Een gebrek aan erkenning van de ziekte van Lyme blijkt een probleem in Nederland. Er kan vanuit de Humanistiek een bijdrage geleverd worden aan ons begrip over wat gebrek aan erkenning met de zingeving van mensen met chronische Lymeziekte doet. Het gebrek aan erkenning bij chronische ziekten vindt ten eerste plaats in de institutionele setting en heeft vaak te maken met het feit dat de zorg te technisch is geworden en tekortschiet als het gaat om de ervaringen van patiënten. Het gebrek aan erkenning bij chronische ziekten wordt tevens gevoeld in de persoonlijke levenssfeer. Een goed sociaal netwerk zou kunnen zorgen voor het beter omgaan met stressvolle situaties, maar veel mensen met chronische ziekten ervaren vooral gebrek aan empathie, onbegrip en veroordeling. Zingeving wordt in deze thesis opgevat als een proces, een behoefte, een ervaring en een vermogen. Zingeving heeft betrekking op betekenisgeven aan de wereld en onszelf, vanuit het zingevingskader dat we in de loop van ons leven hebben opgebouwd. Het zingevingsproces bestaat uit het bevredigen van zinbehoeften en wanneer deze zijn bevredigd ervaren we zin als begrijpelijkheid, betrokkenheid, gemoedsrust, eigenwaarde en competentie. Welke rol speelt de genoemde erkenning in het zingevingsproces van mensen met chronische Lymeziekte? Om deze vraag te beantwoorden zijn er in totaal 15 mensen met chronische Lymeziekte geïnterviewd. Uit de analyse blijkt dat een gebrek aan erkenning een rol kan spelen in het zingevingsproces van chronische Lymepatiënten. Een gebrek aan erkenning blijkt een grote invloed te hebben op de zelfwaardering en de identiteitsvorming. De druk op de identiteit blijkt zingevingsprocessen op gang te brengen. Vooral de reacties van de omgeving leiden tot de ervaring van ontkenning en miskenning. Deze reacties blijken zich te richten op de symptomen, de ziekte, het gedrag en de persoon. Deze vormen van het gebrek aan erkenning blijken vooral te raken aan eigenwaarde. Respondenten hebben het beeld van zichzelf dat zij een fysieke ziekte hebben, dat zij chronische Lyme hebben. Dit zelfbeeld wordt door het gebrek aan erkenning ontkend door de sociale omgeving en de institutionele omgeving en daardoor ontstaat er een betekenisdiscrepantie. Het beeld dat de omgeving van de respondenten heeft lijkt niet overeen te komen met hun zelfbeeld, de global meaning. Om deze betekenisdiscrepantie te verkleinen of op te lossen, komt het zingevingsproces op gang. Die zingevingsprocessen blijken bij verschillende respondenten aan te grijpen op verschillende aspecten van hun zingevingskader. PB - [s.l.] : s.n. TI - Een teken van erkenning. Een kwalitatief onderzoek naar de rol van erkenning in zingeving bij chronische Lymeziekte. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3468/Masterscriptie%20Annebel%20de%20Konink.docx?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Lobbezoo, S.F. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3731 AB - In de relatie tussen artsen en patiënten is er vaak sprake van detached concern (Martinsen, 2011). Dit is een houding waarbij emotionele betrokkenheid tussen artsen en patiënten vermeden wordt en waarbij lichaam en ziekte als objectief worden beschouwd. Het lichaam wordt uitgesloten in het denken over moraliteit in de medische praktijk. Uit onderzoek blijkt echter dat een focus op het objectieve lichaam niet voldoende is in het contact tussen artsen en patiënten (Adler, 2002; Stewart, 2005; Gasparik, Abram, Ceana, Sebesi, Farcas & Gasparik, 2014). De mate waarin een arts zich kan inleven in de patiënt en dat gevoel kan overbrengen, is van invloed op de gezondheid van de patiënt (Adler, 2002). Artsen die zelf patiënt zijn geweest beschrijven dat hun ervaring als patiënt hun manier van zorgverlenen positief heeft beïnvloed (Ten Haaft, 2010). Er lijkt echter nog geen onderzoek te zijn gedaan naar de inhoud van deze invloed op het zorgverlenen. In de beschrijvingen van ervaringen van artsen die zelf patiënt zijn geweest, ligt de focus op het emotionele en sociale aspect en blijft het lichamelijke aspect onderbelicht. Dit onderzoek verdiept zich in de invloed van de patiënt-ervaring op het verlenen van zorg en op de verbinding met lichamelijkheid in het contact tussen artsen en patiënten. In het theoretische onderzoek is de huidige denkwijze met betrekking tot ethiek in de medische praktijk verkend. Vervolgens is het begrip lichamelijkheid uitgediept aan de hand van de theorie embodied care van Hamington (2004, 2012). Hierin is omschreven hoe de inclusie van lichamelijkheid in het denken over moraliteit in de medische praktijk een bijdrage kan leveren aan goede zorg. Vervolgens is empirisch onderzoek gedaan naar de ervaringen van artsen die zelf patiënt zijn geweest en de invloed van deze ervaringen op het verlenen van zorg. Er zijn twee artsen geïnterviewd over hun ervaringen. Tevens is bij deze artsen in de spreekkamer geobserveerd. De verbinding van de empirische data met de zorgethische theorie heeft geleid tot inzicht in de ervaringen van artsen die zelf patiënt zijn geweest en de veranderingen in het verlenen van zorg. In het verlenen van zorg aan patiënten is het voor artsen van belang om patiënten om uitleg te vragen, te zorgen dat één arts het ziekteproces overziet, duidelijk en concreet te zijn en zichtbaar en bereikbaar te zijn. PB - [s.l.] : s.n. TI - Wanneer de arts de patiënt is: Een zorgethisch onderzoek naar de ervaring van artsen die patiënt zijn geweest en de invloed van die ervaring op het verlenen van zorg L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3731/Thesis2.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Vos, S. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3469 AB - Over onze toekomst denken doen we allemaal, bijvoorbeeld als we een uitje plannen of denken over een studiekeuze. Verschillende theoretici beschrijven dat het stimuleren van toekomstverbeelding – het denken, fantaseren en uiten van ideeën over de toekomst – een positieve werking kan hebben: Het bedenken van verschillende toekomstscenario's en het leren omgaan met een toekomst die je niet kent, helpen om veerkrachtiger om te gaan met veranderingen en onzekerheden. Ook biedt toekomstverbeelding de mogelijkheid om op veranderingen te anticiperen. Jong adolescenten bevinden zich in een complexe en vaak verwarrende levensfase en kunnen daarom gebaat zijn bij toekomstverbeelding. In het onderwijs kan toekomstverbeelding gestimuleerd worden via verbeeldingsopdrachten. Om verbeeldingsopdrachten te kunnen ontwikkelen die aansluiten bij de belevingswereld en verbeeldingscompetenties van leerlingen is meer inzicht nodig in de manieren waarop jongeren hun toekomst (kunnen) verbeelden. Dit narratieve onderzoek speelt hier op in door te onderzoeken wat toekomstverbeelding van negen 12- tot 14-jarige Vmbo-leerlingen kenmerkt. Aan de hand van interviews en een verbeeldingsopdracht is onderzocht waar jong adolescenten inhoudelijk over denken en hoe zij de toekomst ervaren. Daarnaast is onderzocht hoe leerlingen in relatie tot de door hen beschreven toekomstbeelden verhalen over de door Ryan en Deci (2000) geïdentificeerde basisbehoeften - competentie, autonomie en verbondenheid. De in dit onderzoek verworven inzichten bieden aanknopingspunten. PB - [s.l.] : s.n. TI - Beste ik. Een kwalitatief onderzoek naar toekomstverbeelding onder Vmbo-leerlingen met behulp van de toekomstbrief. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3469/Masterthesis%20Suzanne%20de%20Vos.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Blum, A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3455 AB - Doceren kan beschouwd worden als een fundamenteel morele activiteit. Levinson bespreekt dat docenten de plicht hebben om rechtvaardig te handelen, terwijl ze hier in sommige situaties onmogelijk naar kunnen handelen. Dit betekent, onder andere, dat docenten in de dagelijkse praktijk in aanraking komen met morele dilemma’s: situaties waarin men het ‘goede’ wil doen maar het gevoel heeft dat er geen ‘goede’ handeling is of dat men moet kiezen voor de ‘minst slechte’ handeling. Eerder onderwijs-filosofisch en empirisch onderzoek bood, onder andere, inzicht in de typen morele dilemma’s die docenten elders ervaren. Maar met wat voor morele dilemma’s docenten in Nederland te maken krijgen is nog niet eerder onderzocht. Voortbouwend op conceptueel en empirisch onderzoek naar morele stress bij veteranen, verpleegkundigen en docenten, wordt in deze scriptie middels een kwalitatief exploratieve studie onderzocht: a) met wat voor morele dilemma’s docenten in relatie tot leerlingen te maken krijgen; b) of dit bij de docenten tot morele stress leidt, en zo ja; c) wat kenmerkend is aan de morele stress van docenten en hoe ze erbij stilstaan. In totaal zijn er tien docenten geïnterviewd, afkomstig van scholen in verschillende regio’s. Thematische analyse van de data maakt inzichtelijk dat de geïnterviewde docenten in relatie tot leerlingen voornamelijk te maken krijgen met dilemma’s met betrekking tot de zorg voor zichzelf, het willen zorgen voor de leerlingen, het aandacht willen besteden aan de sociale behoefte van anderen en de schoolregels en onderwijsstandaarden die in de school gelden. Morele stress komt vooral voor bij de docenten die aangeven dat er sprake is van een innerlijke strijd of een gebrek aan ondersteuning van leidinggevenden of collega’s. Ook lijkt de taakopvatting van de docent een rol te spelen. De morele stress wordt gekenmerkt door vier typen impact. De meeste docenten ervaren een emotioneel-psychische impact. Kenmerkend hieraan zijn gevoelens van verlies van (zelf)vertrouwen, gevoelens van machteloosheid/tekortschieten en angstgevoelens. Daarnaast ervaren verschillende docenten ook een gedragsmatige impact, zoals het vertonen van vermijdingsgedrag. Verder ervaren enkele docenten een impact op het werkzame leven, waaronder een verlies van werkplezier en werkgerelateerde idealen. Enkele docenten gaven tevens aan een verlies van zekerheid, passie en zingeving te ervaren. Docenten die met anderen praatten over de impact van morele stress of hier individueel op reflecteerden, bleken dit als waardevol te beschouwen. De verworven inzichten, in de typen morele dilemma’s die docenten in Nederland ervaren, alsmede wat gerelateerde stress kenmerkt, kunnen gebruikt worden bij de ontwikkeling van professionaliseringsstrategieën en de humanisering van het onderwijs. PB - [s.l.] : s.n. TI - Morele stress. Een empirisch onderzoek naar de ervaring van morele dilemma’s bij docenten in het voortgezet onderwijs. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3455/Masterscriptie%20definitief.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Koers, T. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3470 AB - In deze scriptie wordt het onderwerp moral injury theoretisch onderzocht. De vraag die leidend is in het onderzoek is: Wat is er moral aan moral injury? Door eerst onderzoek te doen naar bestaande literatuur wordt duidelijk dat deze literatuur zich focust op het moral injurious event, het moment waarbij de moral injury wordt opgelopen. De moral injury zelf blijkt moeilijk te vatten. Wel komt de vraag naar die moraliteit steeds vaker terug. Deze scriptie neemt die taak op zich. In het tweede hoofdstuk passeren enkele existentiële filosofen (Onder andere Kierkegaard, Nietzsche en Sartre) de revue. Aan de hand van hun werk wordt er een begin gemaakt met de zoektocht naar het morele van moral injury. De belangrijkste onderzoekspunten die hieruit voortkomen zijn: (1) het belang van de vrije keus en (2) het belang van de onmogelijke situatie. Deze twee punten vormen de basis voor het verdere onderzoek in deze scriptie. In het laatste hoofdstuk wordt de roman Yellow Birds onderzocht. Het mooie aan die tekst is hoe de schrijver heeft geprobeerd een verhaal te schrijven over iemand die zijn eigen levensverhaal niet meer begrijpt. Dit hoofdstuk is de kern van de scriptie. Hierin komt al het voorgaande samen met een tekst die, geschreven door een veteraan, vanuit een ander perspectief inzichten geeft in moral injury. Hoe krijgt de vrije keus vorm in een situatie -oorlog- waar bijna allesomvattende chaos heerst. In deze chaos lijken situaties te ontstaan die onmogelijk zijn. Dit wil zeggen dat welke keuze er ook gemaakt wordt, er schade optreedt. Deze schade is niet alleen extern, maar ook intern. Met het kiezen wordt een deel van het zelf geschaad. De conclusie bevat een nieuwe definitie van moral injury: ‘Een moral injury is een proces waarbij het zelf, datzelfde zelf beschadigd. Dit als gevolg van het in vrijheid moeten handelen in een fundamenteel onmogelijke situatie. Door te moeten kiezen tussen opties waarmee men zich van het zelf vervreemdt, ontstaat een vicieuze cirkel die deze zelfbeschadiging versterkt. Deze vervreemding van het zelf zorgt ook voor een vervreemding van de omgeving, met isolatie tot gevolg.’ PB - [s.l.] : s.n. TI - Over grenzen. En wat een roman ons kan leren over moral injury. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3470/Print%20versie%20Thijs%20Koers.docx?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Velde, J. van der PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3461 AB - Deze Masterscriptie gaat over de toepassing van het dialoogbegrip van Freire door facilitators van huidige toepassingen van Theatre of the Oppressed (TO) in Nederland en België. De dialoog van Freire is enerzijds gericht op het bevorderen van een kritisch bewustwordingsproces van gemarginaliseerde mensen van de oorzaken van deze onderdrukking en wat zij zelf kunnen doen om agency te vergroten in hun situatie. Anderzijds is de dialoog nadrukkelijk gericht op het bewerkstelligen van maatschappelijke verandering om het welzijn van individuen te verbeteren. Sinds de ontstaanscontext van TO heeft er echter een verschuiving plaats gevonden van een focus op TO als instrument voor sociale verandering naar een instrument voor persoonlijke verandering. Critici waarschuwen dat een focus op persoonlijke verandering kan resulteren in individualistische oplossingen en sociale aanpassing, in plaats van tot de strategieën die agency bevorderen. Individualistische oplossingen en sociale aanpassing zijn vanuit het ideaal van humanisering onwenselijk. Tegelijkertijd vraagt de veranderde context om het doordenken van de waarde van het dialoogbegrip in de huidige context. Dit vraagt om reflectie van facilitators op de samenhang tussen hun doelen, werkwijze en onderliggende opvattingen en hoe dit zich verhoudt tot het dialoogbegrip van Freire. PB - [s.l.] : s.n. TI - De dialoog in Theatre of the Oppressed. Een empirisch kwalitatief onderzoek naar de toepassing van het dialoogbegrip van Freire door de facilitator in forumtheater in Nederland en België . L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3461/DEFINITIEVE%20VERSIE%20Master%20Scriptie%20Jania%20van%20der%20Velde%20%2025%20augustus%202019%20%28repository%29.docx?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Veen, Loes van PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3497 AB - In de komende jaren zal het aantal mensen met een ernstige vorm van dementie zeer waarschijnlijk enorm toenemen. Tegelijkertijd is er de maatschappelijke ontwikkeling dat er een gebrek aan financiële middelen en een gebrek aan professionals is om deze toenemende zorgvragen op te kunnen vangen. Steeds meer verantwoordelijkheden en taken zullen daarom worden toebedeeld aan mantelzorgers van mensen met een ernstige vorm van dementie. In dit onderzoek wordt het gebrek aan kennis over en inzicht in de geleefde ervaringen van mantelzorgers geproblematiseerd. Door onvoldoende zicht te hebben op wat het betekent om mantelzorger te zijn worden mogelijk kennis, betekenis, behoeftes en waarden gemist en is mogelijk de kwaliteit van de zorg in het geding. Wanneer de mantelzorger als volwaardig partner wordt gezien in het web van zorgrelaties dat om de zorgvrager is gebouwd en wanneer we willen begrijpen wat goede zorg is, is het noodzakelijk de betekenis van de ervaringen van mantelzorgers te kennen. Daarom is voor deze masterthesis de volgende onderzoeksvraag gekozen: Wat is de essentie van de geleefde ervaringen van mantelzorgers van de relatie met hun naasten, behept met een ernstige vorm van dementie en wonend in een verpleegafdeling van Huize Het Oosten, en wat betekent dat vanuit zorgethisch perspectief voor goede zorg? Voor het vinden van antwoorden op de onderzoeksvraag is gekozen voor de fenomenologische Reflective Lifeworld Approach (RLA) als methode onder mantelzorgers van mensen met ernstige dementie in Huize Het Oosten, een landelijk seniorencentrum voor vrijmetselaren. De methode RLA is gekozen omdat zij als doel heeft de essentie van een fenomeen in beeld te brengen. Zoekend naar gemeenschappelijke betekenislagen in interviews met mantelzorgers komt de volgende essentie in beeld: “Een voortdurende zoektocht naar contact met de ander, die er wel en niet lijkt te zijn, waarbij confrontatie met onvermogen en soms een gouden moment wordt ervaren terwijl de balans bewaakt wordt om het zelf niet tekort te doen bij het helpen, dat veel breder bezien en benoemd kan worden dan mantelzorgen, en waar reflecteren en leren deel van uitmaken.” In dit onderzoek werd de essentie van het fenomeen mantelzorgen letterlijk in beeld gebracht door het middel film toe te passen bij de dataverzameling en bij het presenteren van de essentie van het fenomeen. Voor het bekijken van de film wordt u geadviseerd de lees- en kijkwijzer te raadplegen (paragraaf 1.3) zodat het geschreven deel en het gefilmde deel van het 4 onderzoeksverslag in goede samenhang worden bestudeerd. Na de analyse zijn de bevindingen getoetst aan ethische concepten uit (voornamelijk zorgethische) literatuur. De keuze van concepten en de keuze van denkers werd mede ingegeven door de geïnterviewden. De dialectiek tussen empirie en theorie leidt tot enige kennis over en enig inzicht in de geleefde ervaringen van mantelzorgers, in het voortdurend veranderend interpretatief veld. PB - [s.l.] : s.n. TI - Wat beleeft de mantelzorger? Een zorgethisch onderzoek naar geleefde ervaringen van mantelzorgers van bewoners met een ernstige vorm van dementie in Huize Het Oosten. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3497/definitieve%20versie%2017%20juni%202019%20Wat%20beweegt%20de%20mantelzorger.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Blondelle, D. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3471 AB - Verschillende auteurs beweren dat de ervaring van geweld in de beoefening van Japanse krijgskunst (bujutsu) kan zorgen voor levensbeschouwelijke ontwikkeling. Een beschrijving van de ervaring van geweld en een uitleg van wat levensbeschouwelijke ontwikkeling precies inhoudt, blijft deze literatuur ons echter verschuldigd. Ik poog aan dat gebrek in de literatuur te beantwoorden door 1.) een empirisch-fenomenologisch onderzoek te doen naar de ervaring van geweld in bujutsu; en 2.) een generiek-kwalitatief onderzoek te doen naar relaties tussen die ervaring en mogelijke levensbeschouwelijke ontwikkeling. Levensbeschouwelijke ontwikkeling wordt begrepen als verruiming van de verbeelding op het gebied van ultieme vragen (ontologische, axiologische, praxeologische, epistemologische en kosmologische vragen). De interpretatie van tien open interviews toont dat, hoewel de ervaring van geweld gelaagd en gevarieerd is, men contrastervaringen opdoet. Alledaagse, routinematige betekenisgeving stokt en geeft aanleiding om anders betekenis te geven aan ultieme vragen. Die andere betekenissen, de levensbeschouwelijke ontwikkeling, hangt met name samen met het ontwikkelen van zelfcontrole, zelfvertrouwen en weerbaarheid. Deze ontwikkelingen worden gerelateerd aan het heroverwegen en oefenen met gedragspatronen. Er lijkt echter ook stagnatie in de levensbeschouwelijke ontwikkeling op te treden door toedoen van de ervaring van geweld in bujutsu. PB - [s.l.] : s.n. TI - Bujutsu en levensbeschouwelijke ontwikkeling. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3471/Thesis%20def%20def%205%20mei%202019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Kremer, Karlijn PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3494 AB - Inleiding: De afgelopen 10 tot 15 jaar is er veel veranderd in de (ouderen)zorg en deze veranderingen zijn ook van invloed op het verzorgend beroep. Hoewel er in de literatur aandacht is voor de vraag of verzorgenden zich capabel voelen voor de nieuwe taken die ze krijgen toebedeeld, is er tot nu toe weinig aandacht voor de vraag hoe verzorgenden deze veranderingen ervaren en wat dit betekent voor goede zorg. Hoofdvraag: Of en hoe hebben verzorgenden veranderingen ervaren in hun beroepspraktijk door veranderingen in de maatschappelijke en politieke context, met specifieke aandacht voor de relatie tussen de verzorgende en de zorgontvanger? En wat betekent dit voor goede zorg? Methode: Er is exploratief, zorgethisch onderzoek uitgevoerd waarbij gebruik gemaakt is van een theoretische verkenning en een narratieve analyse. Het theoretische concept dat centraal staat in dit onderzoek is relationaliteit. De empirische data zijn verzameld door middel van het schaduwen en interviewen van verzorgenden die minstens 10 jaar werkervaring hebben en werkzaam zijn in de ouderenzorg en door het houden van een focusgroep met verzorgenden met dezelfde criteria. Bevindingen & conclusie: Veranderingen worden per individu verschillend ervaren. Door iedereen wordt een sterke toename in werkdruk en administratielast ervaren. Deze toegenome werkdruk gaat gepaard met strakke tijdsschema’s indicatiestellingen. Er is steeds minder ruimte en tijd om om te gaan met het ongewisse aspect van zorg. Verzorgenden lijken vooral voor dit aspect van verzorgen ruimte te creëren door (nog) harder te werken en soms dingen in hun eigen tijd te doen. Hierdoor vormen zij een onzichtbare buffer tussen de institutionele/politieke context en de zorgontvanger. Dit is zorgethisch problematisch, omdat hierdoor de negatieve uitwerking van veranderingen in de inrichting van het zorgproces in de prakijk verhuld blijven en omdat het geen duurzame manier is voor verzorgenden om hun werk te doen terwijl zorgverleners zelf waardevolle en kwetsbare mensen zijn. Verzorgenden blijken ook een veel bredere verantwoordelijkheid te hebben gekregen. Dit duidt erop dat de zorg (op een aantal vlakken) holistischer is geworden. De vraag die in dit onderzoek wordt opgeworpen is echter of verzorgenden ook voldoende in staat gesteld worden om de voordelen hiervan te cultiveren. Daarnaast blijkt ook dat verzorgenden door de veranderingen soms juist een spagaat ervaren tussen hun eigen (holistische) zorgbeeld en de gefragementeerde indicatiestelling. Tot slot kwam in dit onderzoek naar voren dat een deel van de verzorgenden een (groot) verschil ervaart tussen de jonge en de oudere generatie verzorgenden. Dit verschil, dat meerdere oorzaken zou kunnen hebben, wijst erop dat de beroepsgroep van verzorgenden niet als een homogene groep gezien kan worden. Het zou goed zijn als hier meer inzicht in verkregen wordt, om zo beter recht te doen aan de beroepsgroep. PB - [s.l.] : s.n. TI - Veranderingen in het verzorgend beroep . Zorgethisch onderzoek naar de geleefde ervaringen rondom het veranderende beroep van verzorgenden in de ouderenzorg. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3494/Masterthesis-Karlijn-Kremer.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Drenth, D. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3462 AB - This research identifies in what ways six Dutch seventh and eighth grade teachers teach purpose. Using the theoretical model of Tirri & Kuusisto (2017) purpose can be taught in three main ways: as the content of teaching, within a meaningful didactical relation between the teacher and the students’ learning process and within a close, compassionate, safe and supportive pedagogical relation between the teacher and the student. The teachers taught purpose mostly pedagogically. They all provided a safe atmosphere, gave students the individual attention they need and were supportive towards them. Didactically teaching purpose happened a lot less. Teachers were having an interactive classroom atmosphere, made regular method lessons meaningful and clarified the personal relevance of lessons explicitly. However, lessons that didn’t occur much were lessons that were explicitly purpose-related. Some purpose related content occurred in social-emotional lessons, philosophy lessons and projects. However, most purpose related content appeared in talks about students’ (academic) learning processes, planning their near future and their future towards secondary school. The teachers feel they have little time and space to teach about purpose related content, since it’s not part of the curriculum. This thesis concludes that purpose should become part of the curriculum. PB - [s.l.] : s.n. TI - Purposeful Teaching. In what ways do teachers teach purpose? L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3462/Master%20thesis%20definitive.docx?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Biel, K. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3472 AB - Dit onderzoek richt zich op existentiële thema’s in relatie tot ritualiseren bij vrouwen met een abortuservaring die een vorm van hulpverlening of uitwisseling zochten. Uit de analyse van 13 diepte-interviews en 43 ervaringsberichten komt naar voren dat de vrouwen een existentiële zoektocht ervaren. Deze zoektocht toont zich onder andere in een veranderd identiteits- en lichaamsbewustzijn (persoonlijke en fysieke existentiële dimensie), de relatie met het potentiële kind (levensbeschouwelijke dimensie) en het verlangen naar sociale acceptatie (sociale dimensie). Ritualiseren blijkt met name werkzaam in het bespreekbaar of publiek maken van abortuservaringen in een taboe-context en in het koesteren van verbinding met het potentiële kind. Vormen van lichaamsversiering, zoals tatoeages en sieraden met een symbolische betekenis, zijn mogelijk functioneel in het transformeren van de ervaring. Een aanknopingspunt voor vervolgonderzoek is de functie van ritueel in de uitkomst van betekenisgevingsprocessen bij abortus en andere ingrijpende ervaringen. Implicaties voor de praktijk van hulpverlening zijn mogelijkheden van abortusverwerking via ritueel en het belang van het thematiseren van de relatie met het potentiële kind, identiteitsvraagstukken en persoonlijke groei. PB - [s.l.] : s.n. TI - Na de keuze. Existentiële thema's en rituelen bij abortus. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3472/Na%20de%20keuze.%20Existenti%c3%able%20thema%27s%20en%20rituelen%20bij%20abortus-Afstudeeronderzoek%20Kiki%20Biel.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Leder, D. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3464 AB - Business Spiritualiteit wordt gezien als een ‘hype’ in het bedrijfsleven. De ontwikkeling daarvan bestaat echter al enkele decennia. Er zijn talloze publicaties rond dit thema verschenen. Wat er echter precies mee bedoeld wordt blijft relatief onduidelijk. Veel auteurs ontwijken deze vraag door aan te geven dat het een moeilijk te definiëren begrip is. In dit theoretisch literatuuronderzoek ga ik de uitdaging aan om wel duidelijkheid te geven aan de vraag wat Business Spiritualiteit inhoudt. Ik onderzoek daarbij wat er onder ‘spiritualiteit’ wordt verstaan en verklaar de populariteit van het businessmodel. Vervolgens kijk ik naar welke waarden het tegemoet komt, aan de hand van het cultureel-economische perspectief van Arjo Klamer. Uit dit onderzoek komt naar voren dat Business Spiritualiteit voor de werkgever en werknemer verschillende betekenissen heeft. Door de werkgever wordt het vooral ingezet om tot betere bedrijfsprestaties te komen. En voor de werknemer is Business Spiritualiteit meer een middel om tot zingeving te komen. Dat dit niet altijd tot een win-win situatie leidt, blijkt wel uit de kritieken op dit model. Ook over het humanistische aspect ervan vallen zowel argumenten voor als tegen te geven. Uiteindelijk zal ik schetsen hoe Business Spiritualiteit in een wereld van ‘levensbeschouwelijke armoede’ toch van betekenis kan zijn. PB - [s.l.] : s.n. TI - Business spiritualiteit. Onderzoek naar definiëring van spiritualiteit in het zakenleven. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3464/Danielle%20Leder_Masterscriptie_theoretisch.docx?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Winkel, B. te PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3473 AB - Deze scriptie belicht vanuit de ervaring van existentieel lijden van ziekenhuispatiënten, de manieren waarop geestelijk verzorgers in hun begeleiding bij dit existentiële lijden, lichamelijkheid invullen en welke betekenissen zij daaraan toekennen. Dertien geestelijk verzorgers van de oncologieafdeling van het ziekenhuis zijn geïnterviewd. Met behulp van de IPA methode en het continuüm van lichamelijkheid van Leijssen (2006) is de data geanalyseerd. De manieren waarop invulling wordt gegeven aan lichamelijkheid, kan met dit continuüm van Leijssen (2006) onderverdeeld worden met behulp van verschillende aspecten van het lichaam, namelijk: het ervarende lichaam, lichaamstaal, het lichaam in beweging en aanraking. Uit dit onderzoek is gebleken dat lichamelijkheid vooral betekenis kreeg in relatie tot iets anders, gethematiseerd als betekenisdimensies relationaliteit, spiritualiteit en contextualiteit. De betekenissen dienen gelezen worden als mogelijke betekenissen die kunnen ontstaan; niet als een doel dat rechtstreeks behaald en gecontroleerd kan worden. PB - [s.l.] : s.n. TI - De taal van het lichaam verstaan. Een exploratief kwalitatief onderzoek naar de invulling en betekenis van lichamelijkheid bij existentieel lijden door geestelijk verzorgers in het ziekenhuis. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3473/Masterscriptie%20Geestelijke%20Verzorging%20en%20Lichamelijkheid%2c%20Babet%20te%20Winkel%2c%20april%202019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Kolenberg, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3465 AB - Dit onderzoek gaat in op de manier waarop de muzikale ervaring van het luisteren, spelen of schrijven van muziek als zingevend geduid kan worden. De vraag of deze ervaringen als zingevend geduid kunnen worden, komt voort uit de observatie dat in veel verschillende wetenschappelijke disciplines de kracht van muziek wordt beschreven. In weinig gevallen wordt hieraan echter zingeving gekoppeld. Het overkoepelend doel van het onderzoek is om zingeving in muziek wetenschappelijk in te bedden, en daarmee de weg vrij te maken voor meer toepassing van muziek op de praktijk van de geestelijke verzorging. Dit doel sluit aan bij een trend in (onderzoek naar) niet-talige vormen van geestelijke verzorging. In dit onderzoek staat de definitie van zingeving door Alma en Smaling (2010) centraal. Zij zien zingeving als een actieve verhouding tot ervaringen zoals transcendentie, erkenning en competentie die, door reflectie, kunnen leiden tot een ervaring van samenhang. Deze zinservaringen worden in het onderzoek gekoppeld aan de ervaring van luisteren, spelen of schrijven, zoals die in veel verschillende wetenschappelijke disciplines terug te vinden zijn. Een belangrijke discipline is de filosofie. Van muziekfilosofische discussies over de ervaring en aard van expressie, tot de centrale rol van muziek in de metafysica van Schopenhauer en Inayat Khan, speelt filosofie op veel manieren in dit onderzoek. Psychologische theorieën rondom muziek komen terug in de narratieve psychologie, rondom het belang van tekst, en vormen de basis van de muziektherapie. Hoewel de scheiding tussen het luisteren, schrijven en spelen van muziek ruimte schept om op uitgebreide manier deze theorieën te behandelen, blijkt deze driedeling uiteindelijk niet makkelijk te verdedigen. De cultuurhistorische uiteenzetting van Huizinga vormt de opmaat voor een kritiek op de verwetenschappelijking en strenge opsplitsing van de drie muzikale ervaringsgebieden luisteren, schrijven en spelen. Al met al pleit dit onderzoek voor een omdenken rondom de mogelijkheden van de nauwe band tussen muziek en zingeving. PB - [s.l.] : s.n. TI - Zin in muziek. Een onderzoek naar een zingevende duiding van het luisteren, spelen en schrijven van muziek. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3465/Zin%20in%20muziek%202703.docx?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Storm, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3474 AB - Deze scriptie gaat over het vak Burgerschapsvorming in een Justiele Jeugdinrichting (JJI). Specifiek over: 1) het literatuuronderzoek naar de domeinen jeugddetentie, morele ontwikkeling en het vak Burgerschapsvorming 2) de analyse van de lesmethoden die gebruikt worden voor het vak Burgerschapsvorming in een JJI en de mate waarin deze methoden een bijdrage kunnen leveren aan de morele ontwikkeling van jeugddelinquenten en 3) een raamwerk voor een ‘research informed’ burgerschapsprogramma voor JJI’s. Het onderzoek bevindt zich daar waar de domeinen jeugddetentie, morele ontwikkeling en burgerschapsvorming elkaar raken en geeft een antwoord op de vraag: “Levert het vak Burgerschapsvorming binnen een justitiële jeugdinrichting een constructieve bijdrage aan de morele ontwikkeling van de jeugddelinquenten?”. Naar aanleiding van dit afstudeer onderzoek kan er geconcludeerd worden dat: de huidige inhoud van het vak Burgerschapsvorming, uitgaande van de gebruikte lesmethodes, geen constructieve bijdrage kan leveren aan de morele ontwikkeling van jeugddelinquenten. Hier is een diversiteit aan redenen voor te benoemen; de dagelijkse praktijk binnen een JJI is complex; de onderwijsinstelling is bijvoorbeeld onderhevig aan wisselende samenstellingen van lesgroepen, leeftijden en ook hebben de leerlingen verschillende niveaus van (morele) ontwikkeling, waardoor de gebruikte lesmethodes voor het vak Burgerschapsvorming niet aansluiten bij de doelgroep in een JJI. Als aanbeveling wordt er een eerste aanzet gemaakt voor een burgerschapsprogramma in JJI’s. PB - [s.l.] : s.n. TI - Burgerschapsvorming, hoe dan? Een onderzoek naar de bijdrage die het vak Burgerschapsvorming in een Justitiële Jeugd Inrichting levert aan de morele ontwikkeling van jeugddelinquenten. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3474/MM%20Storm%20-%20Defintieve%20versie%20juli%202019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Gratama, R. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3460 AB - Dit empirische, verkennende onderzoek geeft inzicht in de zingevingsprocessen die op gang komen tijdens de gesprekken tussen geestelijk verzorgers en patiënten die met hun eigen sterfelijkheid geconfronteerd worden. De aanleiding voor dit onderzoek is een gebrek aan onderzoek naar de werkwijze van geestelijk verzorgers. In deze thesis wordt aandacht geschonken aan het werk van geestelijk verzorgers in ziekenhuizen bij mensen met een levensbedreigende ziekte. In het bijzonder in de manier waarop geestelijk verzorgers patiënten begeleiden bij meaning making processen. Voor dit onderzoek zijn participerende observaties uitgevoerd en diepte-interviews. Wat vernieuwend is aan dit onderzoek, is dat de global meaning uit de theorie van Park (2010) is gecombineerd met de het zingevingskader van Mooren (1998) en is aangevuld met de theorie van Littooij (2016). De theorie van Park (2010) gaat over het meaning making proces dat op gang komt na een life event: een levensontwrichtende gebeurtenis. Opvallend is dat de thema’s in de gesprekken, zoals angst voor de dood of leven met beperkingen het de gesprekken snel op het zingevingsniveau en op het niveau van de zinervaring brengen. Dit doet de geestelijk verzorger door ruimte te maken voor deze thema’s, door te luisteren en soms te sturen. Ook wordt duidelijk dat patiënten een discrepantie tussen betekenisverleningen ervaren. Uit mijn resultaten blijkt dat de geestelijk verzorgers vier manieren hebben om hiermee om te gaan en de patiënten te begeleiden in dit meaning making proces. Deze manieren zijn het bevestigen van de global meaning, het actualiseren van de global meaning, het veranderen van de global- of situational meaning en het begeleiden tussen de verschillende fases van het meaning making proces. PB - [s.l.] : s.n. TI - Ik vraag je niet om blind te vertrouwen, ik vraag je te vertrouwen met je ogen open. Masterthesis over de rol van geestelijk verzorgers bij meaning making processen van patiënten die geconfronteerd worden met een levensbedreigende ziekte. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3460/thesis%20RG%20definitief.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Meulen, H. van der PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3463 AB - Titel: De zwarte stem aan het woord: over het humanisme van James Baldwin Hoofdvraag: Kan de zwarte schrijver James Baldwin op basis van zijn geschreven (non-fictie)werk over racisme gezien worden als een humanistische voorbeeldfiguur? Opzet: Met kwalitatieve thematische analyse zijn de essays van de Amerikaanse zwarte schrijver James Baldwin (1924-1987) geanalyseerd op de aanwezigheid van humanistische kernwaarden, met als doel om te onderzoeken of James Baldwin als humanistische voorbeeldfiguur zou kunnen fungeren. Aanleiding: Het binnen het humanisme ontbreken van niet-witte voorbeeldfiguren en gebrek aan aandacht voor racisme. Resultaten: Uit de essays van James Baldwin blijken in ruime mate de humanistische kernwaarden vrijheid, verantwoordelijkheid, menselijke (gelijk)waardigheid, zelfontwikkeling, dialoog en kritiek te spreken. Baldwins humanisme onderscheidt zich vooral van het gangbare humanistische discours door zijn grote nadruk op het negatieve: het ontbreken, de schending en/of (al dan niet moedwillige) ontkenning en ontwijking van humanistische waarden. Baldwins werk toont de grote negatieve impact van racisme en raciale ongelijkheid op alle humanistische waarden, maar het meest op zelfontwikkeling, zowel bij slachtoffers (negatief zelfbeeld) als bij daders (witte onschuld). Tegelijkertijd presenteert Baldwin zelfontwikkeling – in het bijzonder zelfonderzoek, zowel voor individu als maatschappij – als belangrijkste middel om racisme en raciale ongelijkheid te bestrijden. Conclusie: James Baldwin kan – in de traditie van kritisch humanisme – zeker als humanistische voorbeeldfiguur gezien worden. PB - [s.l.] : s.n. TI - De zwarte stem aan het woord: over het humanisme van James Baldwin. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3463/Scriptie-FIN.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Suijkerbuijk, Karlijn PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3495 AB - Hoewel zingeving belangrijk is (in de zorg) voor dak- en thuislozen in de laatste levensfase, blijft het zowel in de zorgpraktijk als in de literatuur een onderbelichte dimensie. In deze zorgethische masterthesis werd gepoogd bij te dragen aan het opvullen van deze lacune, middels de volgende hoofdvraag: Hoe verloopt zingeving bij dak- en thuislozen in de laatste levensfase en welke inzichten levert het kijken naar deze (zorg)praktijk vanuit zorgethisch perspectief op met betrekking tot goede zorg voor deze specifieke doelgroep? Vanuit de (zorgethische) literatuur over zingeving verschenen vier thema’s met betrekking tot zingeving van dak- en thuislozen in de laatste levensfase: Betekenisvolle verbindingen, ertoe doen, onderlinge afhankelijkheid, en doen én laten. Naast een zoektocht in de literatuur werd binnen deze masterthesis ook empirisch onderzoek uitgevoerd middels narratieve analyse. In de conclusie werden vijf thema’s beschreven die helpend kunnen zijn voor (zorg aan) dak- en thuislozen in de laatste levensfase: “het levenseinde (laten) ondergaan”, “oog hebben voor bijzondere verbindingen”, “omarmen en vrijlaten”, “de ander echt zien”, en “bewustwording van maatschappelijke verhoudingen”. Deze inzichten kunnen mogelijk het startpunt vormen voor de verbetering van zorg aan dak- en thuislozen in de laatste levensfase. PB - [s.l.] : s.n. TI - De dood in de coulissen. Een zorgethisch onderzoek naar zingeving in de laatste levensfase van dak- en thuislozen L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3495/ZEB-70%20De%20dood%20in%20de%20coulissen%20-%20Masterthesis%20Karlijn%20Suijkerbuijk.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Kwint, S. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3466 AB - Dit kwalitatief, exploratief onderzoek biedt inzicht in wat aandacht voor zingeving(svragen) in de begeleiding van patiënten door bedrijfsartsen betekent. De informatie is verkregen via semigestructureerde interviews met tien bedrijfsartsen. Respondenten associëren zingeving vooral met ‘dat wat iemand belangrijk vindt’, ‘kunnen doen wat je belangrijk vindt’ en met werk als zingevingsbron. De gerichtheid op gezondheid en duurzame inzetbaarheid veronderstelt dat bedrijfsartsen aandacht hebben voor zingeving in het (werk)leven van patiënten. Ziekte, beperkingen, ingrijpende gebeurtenissen en (als gevolg daarvan) uitval van werk zet mensen vaak aan tot een (her)oriëntatie op hun (werk)leven. Respondenten lopen als procesbegeleider mee in dit zingevingsproces van de patiënt. De begeleiding is gericht op het (weer) verkrijgen van regie, is sterk cognitief van aard en vooral doel- en oplossingsgericht. De mate waarin de respondenten zelf begeleiding bij zingeving bieden, verschilt. Uit het onderzoek blijkt dat aandacht voor zingeving van patiënten relevant is voor de bedrijfsartsenpraktijk. Voor het bepalen van de juiste zorg en begeleiding is het belangrijk om te weten wat voor mensen van betekenis is, wat hun leven zin geeft, en waar eventueel de zinbeleving stagneert. Dat betekent dat bedrijfsartsen (tot op zekere hoogte) moeten kunnen omgaan met en ondersteuning bieden bij zingevingsvragen. Dit vereist kennis van de zingevingsdimensie en zingevingscompetenties. Een deel van de respondenten lijkt zich (deels) bewust van de benodigde specifieke kennis en competenties, anderen minder of niet. Dit onderzoek biedt inzicht in de betekenis van zingeving in de bedrijfsartsenpraktijk en handvatten om de kennis van de zingevingsdimensie binnen de beroepsgroep te vergroten. De resultaten zijn niet representatief voor de gehele bedrijfsartsenpopulatie. PB - [s.l.] : s.n. TI - Waarde(n)vol werk. Een kwalitatief onderzoek naar aandacht voor zingeving in de bedrijfsartsenpraktijk. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3466/Kwint_S_Aandacht_voor_zingeving_door_bedrijfsartsen_masterthesis_UvH_11-8-2019_DV.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Broos, Agnieke PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3498 AB - Doel Dit onderzoek biedt inzicht in de ervaring van het leven met dementie door personen met dementie (PmD) door te onderzoeken welke metaforen PmD gebruiken wanneer ze hierover praten. Het biedt daarmee inzicht in mogelijkheden voor zorgverleners om aan te sluiten bij deze ervaring. Deze aansluiting wordt op zorgethische wijze beschouwd en beoordeeld. Methode Dit kwalitatieve onderzoek is empirisch van aard: acht semigestructureerde duo-interviews met PmD en hun mantelzorgers werden geanalyseerd met metafooranalyse (MIPVU) en middels thematische analyse. Theoretische verkenning van (zorg)ethische, politiek- en taalfilosofische werken hielp deze empirie te interpreteren. Resultaten Gevonden thema’s zijn: dementie (1) is niet te vangen, (2) is een sluimerend proces, (3) is als achteruitgang, (4) dementie wordt gezien als normale variant van veroudering of als ziekte, (5) dementie ‘zit in je hoofd’ en (6) dementie kan zelf ook een metafoor zijn. Andere thema’s rondom het geleefde leven met dementie zijn (7) kunnen zijn wie je bent versus isolatie, het omgaan met dementie door (8) bezig te zijn of (9) te vechten en (10) de aanwezigheid van tegenstrijdigheden in opvattingen over dementie. Conclusie De zorgethiek dient aan te sluiten bij PmD door niet alleen naar hen te luisteren, maar ook aandacht te hebben voor de taal waarin ze zich uit kunnen drukken. Wanneer maatschappij en zorgprofessional ruimte maken voor de taal en metaforen van PmD, kan dementie betekenis gegeven worden. Het dominante discours rondom dementie kan dan doorbroken worden met epistemic justice. PB - [s.l.] : s.n. TI - Dementie in metaforen – een zorgethische beschouwing op het spreken over dementie PS - 52 p. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3498/masterthesis%20zeb%20Agnieke%20Broos.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Westerink, C. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3476 AB - In dit onderzoek is geprobeerd antwoord te krijgen op de vraag naar de rol die lichamelijkheid speelt binnen zingevingsprocessen bij pelgrimage. Doel hierbij is het bouwen van een brug tussen de belichaamde filosofieën van Merleau-Ponty, Van den Bossche en Johnson en de psychologische zingevingstheorieën. Merleau-Ponty ziet het lichaam als ons voertuig van ons in-de-wereld-zijn. Vanuit onze lichamelijkheid kunnen we de mogelijkheden van onze existentie vorm geven. Zin- en betekenisgeving ontstaat volgens Johnson door een voortdurend heen en weer bewegen tussen de onszelf en de ons omringende werkelijkheid. Johnson onderscheidt hierin vijf niveaus van belichaamde zin- en betekenisgeving. Park vat zingeving op als een proces dat de mens voortdurend ondergaat om de gebeurtenissen van alledag te laten rijmen met het eigen algemene oriëntatiesysteem. Door dit voortdurende zingevingsproces al dan niet bewust te ondergaan kan men na ingrijpende gebeurtenissen het begrip van de wereld als zinvol, en het eigen leven als waardevol herstellen (Park, 2010). In dit onderzoek worden kwalitatieve onderzoeken naar pelgrimservaringen geanalyseerd met behulp van het meaning making model van Park, de niveaus van belichaamde zin- en betekenisgeving van Johnson en de negen aspecten van zinervaring van Alma en Smaling (2010). Zo wordt onderzocht welke rol meaning making binnnen pelgrimage speelt en of belichaamde zingeving een rol speelt binnen het pelgrimeren. Leidt het pelgrimeren voor pelgrims daadwerkelijk tot ervaringen van zin? Uit de resultaten bleek dat de pelgrimage kan fungeren als een meaning making process voor pelgrims. Binnen dit meaning making process zijn de vijf niveaus van belichaamde zin- en betekenisgeving te herkennen. In de pelgrimsverslagen zijn daarnaast zeven van de negen zinervaringsaspecten te herkennen, deze blijken te relateren aan de vijf niveaus van belichaamde zin- en betekenisgeving. De rol van lichamelijkheid binnen zingevingsprocessen bij pelgrimages kan daarom als volgt worden omschreven: allereerst maakt de lichamelijkheid van de pelgrim het mogelijk om de pelgrimage fysiek te ondernemen. Daarnaast maakt de lichamelijkheid het pelgrims mogelijk om te communiceren en verbinden met medepelgrims, om te verbinden met zichzelf, om te verbinden met de natuur waar de pelgrim doorheen trekt en tot slot om te verbinden met het verleden en de toekomst. Kernbegrippen: lichamelijkheid, zingevingsprocessen, pelgrimages. PB - [s.l.] : s.n. TI - Belichaamde zingeving bij pelgrimage. Een filosofische en psychologische discussie over de rol van lichamelijkheid binnen zingevingsprocessen bij pelgrimage. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3476/Masterthesis%20Humanistiek%20CW.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Minnema, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3477 AB - In dit onderzoek is vanuit sociaal-constructivistisch perspectief onderzocht wat het betekent om te rouwen binnen de Nederlandse detentie. Centraal staat de rol van rituelen in het rouwproces van gedetineerden. Uit de twaalf diepte-interviews blijkt dat ritualiteit het specifieke betekenisproces van gedetineerden ook binnen detentie kan faciliteren. Rituelen maken a) het overlijden tastbaar, faciliteren b) een afscheid waardoor er (opnieuw) verbinding wordt ervaren met de sociale omgeving, kanaliseren c) de complexiteit aan (schuld-) gevoelens die rouw in detentie teweegbrengt, en stellen d) gedetineerden in staat betekenis te geven aan de (blijvende) band met de overledene. Tegelijkertijd is toestemming tot deelname aan (publieke) rouwrituelen uitzonderlijk. Wanneer de uitsluiting van publieke rouwrituelen gepaard gaat met de ervaring niet erkend of niet gelegitimeerd te worden in het verlies, dan stagneert het rouwproces en vergroot de afstand tussen gedetineerde en samenleving. De conclusie van het onderzoek is dan ook aanleiding voor reflectie op het justitiële beleid omtrent rouw, om de menswaardigheid en zingeving van gedetineerden te waarborgen. PB - [s.l.] : s.n. TI - In rouw gevangen. Een sociaal-constructivistisch perspectief op rouw in detentie. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3477/MargrietMinnema_Masterthesis_Digitaleversie.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Boxtel, B. van PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3475 AB - Genealogy is a form of philosophical investigation, that reconstructs the formation of concepts and practices and makes visible the power struggles that shaped them but have become obscured. The genealogical method is mostly associated with Friedrich Nietzsche and Michel Foucault but has become common throughout the field of philosophy and beyond. It often functions as a form of ‘negative critique’: it unmasks and problematizes certain notions, without itself making a normative commitment or formulating alternatives. Genealogy as negative critique runs the risk of becoming formulaic and superfluous: once one recognizes that history is filled with struggles for power and concepts have hidden beginnings, there seems little point in further genealogical research. I argue that the genealogical method has to become affirmative; which is to say, it has to offer some potential solutions rather than merely remaining descriptive. An affirmative genealogy would need some explicit normative orientation, which I argue could be found in the concept of life as developed by Giorgio Agamben. This thesis attempts to find the uses and limits of genealogy for life, by reconstructing the genealogical path through Nietzsche, Foucault and Agamben, and connecting it to their concepts of life. The concept of life as a normative orientation is present but underdeveloped in Nietzsche; seemingly absent in Foucault and at the centre of Agamben’s genealogy. Each chapter focuses upon one author; within each chapter, I ask what type of genealogy the respective author stands for. In the last chapter, I synthesize the findings in order to further conceptualize affirmative genealogy, one that in the final instant has an ethical orientation. I characterize Nietzsche’s genealogy as ‘agonistic’, Foucault’s as ‘critically descriptive’, and Agamben’s as ‘affirmative’. Further affirmative genealogies need to find a balance between their critical origins and affirmativity: the discovery of life as a normative orientation is a crucial step in this regard. PB - [s.l.] : s.n. TI - The Paths of Genealogy. The Use of History for Life in Friedrich Nietzsche, Michel Foucault and Giorgio Agamben. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3475/Master_Thesis_-_van_Boxtel_-_1003704%20%281%29.docx?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Gerrits Jans - Knaap, A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3478 AB - Dementie is een onvermijdelijk onderwerp in onze maatschappij geworden. Er is een toename van het aantal mensen met dementie. Daarnaast blijken vooroordelen en stigmatisering ten opzichte van deze groep hardnekkig. Dement worden is voor veel mensen het schrikbeeld bij het ouder worden. Humanistisch geestelijk verzorgers, werkzaam in verpleeghuizen, zullen ook steeds vaker te maken krijgen met geestelijke zorg aan mensen met dementie en de invloed van de vooroordelen ten opzichte van deze mensen. Wetenschappelijke kennis ontbreekt over humanistische geestelijke verzorging aan mensen met dementie. In het kader van deze scriptie wordt een gedeelte van deze lacune opgevuld; het onderliggende persoonsbegrip bij geestelijke verzorging aan mensen met dementie wordt onderzocht. Dit onderwerp staat centraal, omdat het persoonsbegrip een belangrijk aspect van de levensbeschouwelijke basis is, van waaruit een geestelijk verzorger zijn werk vormgeeft. Binnen dementiestudies zijn alternatieve opvattingen ontwikkeld over wat persoon-zijn is, waaronder het relational self , het semiotic self en het embodied self . Dit onderzoek heeft tot doel het verkrijgen van kennis en inzicht over de mogelijke bijdrage die deze alternatieve opvattingen over persoon-zijn kunnen leveren aan het doordenken van goede humanistische geestelijke zorg aan mensen met dementie. PB - [s.l.] : s.n. TI - Opvattingen over persoon-zijn en humanistische geestelijke verzorging aan mensen met dementie. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3478/Definitieve%20versie%20scriptie%20-%20Anne%20Gerrits%20Jans%20-%20Knaap.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Boor, Ayla van der PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3501 PB - [s.l.] : s.n. TI - Dans & Kleur. Het verantwoordingsproces in metaforen. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3501/Ayla%20van%20der%20Boor%20-%20Thesis%20Herkansing%20ZEB70%20-%20juli%202019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - wever, Lena PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3496 AB - Het existentiële en maatschappelijke spanningsveld rondom acceptatie van chronische pijnklachten vormt de aanleiding van dit afstudeeronderzoek: pijn accepteren die per definitie niet te accepteren valt, in een samenleving met weinig ruimte voor kwetsbaarheid. Vanuit een zorgethisch perspectief ontstond de behoefte aan andere invalshoeken op dit spanningsveld en acceptatie te plaatsen in de context van de samenleving. De volgende onderzoeksvraag is geformuleerd: Welke discursieve structuren beïnvloeden chronische pijnpatiënten in het accepteren van hun klachten en het ervaren van innerlijke ruimte en wat kunnen deze inzichten bijdragen aan (het denken over) goede zorg vanuit een zorgethisch perspectief? In het theoretisch-conceptuele onderzoek zijn beschouwingen ten aanzien van pijn en acceptatie onderzocht. Het zorgethische perspectief benadrukte onder andere de existentiële aard van chronische pijn en het belang van zinervaring. Met vier chronische pijnpatiënten zijn vervolgens narratieve interviews gevoerd, die zijn geanalyseerd middels discoursanalyse en binnen het Ars Moriendi model. ‘Acceptatie’ blijkt onderhevig aan discursieve structuren en wordt soms functioneel ingevuld. Het denken van chronische pijnpatiënten over ‘acceptatie’ ontwikkelt zich binnen de leefwereld en wordt sociaal en cultureel geconstrueerd. Daarentegen biedt ‘innerlijke ruimte’ een verruimd perspectief en doet meer recht aan de complexiteit van chronische pijn. ‘Innerlijke ruimte’ geeft woorden aan de existentiële spanningsvelden ‘houvast en onzekerheid’ en de zoektocht naar betekenisgeving aan pijn en lijden. Daarnaast wordt zichtbaar dat het transformatieve karakter van chronische pijn vraagt om verschillende verhoudingen tot het lichaam om maatschappelijk te kunnen meedoen. De inzichten stimuleren de reflectie over goede zorg bij chronische pijnpatiënten. Het blijkt belangrijk om vanuit de zorgpraktijk ruimte te geven aan kwetsbaarheid en de mogelijkheden om maatschappelijk te kunnen meedoen. Vanuit een zorgethisch perspectief helpt ‘innerlijke ruimte’ om verscholen stemmen in het spanningsveld rondom chronische pijn bloot te leggen. Het Ars Moriendi voor chronische pijn is vernieuwend maar vraagt om meer empirisch en conceptueel onderzoek. Daarbij lijkt het belangrijk om voortdurend een vertaalslag te maken naar de zorgpraktijk, en te onderzoeken hoe het Ars Moriendi en bestaande behandeltheorieën elkaar kunnen aanvullen en versterken. PB - [s.l.] : s.n. TI - De kunst van het accepteren: innerlijke ruimte in het omgaan met chronische pijn. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3496/L.%20Wever%20Masterthesis.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Dingemans, Anne PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3499 AB - De zorgsector in Nederland lijdt al jaren onder personeelstekort. Dit geldt tevens voor de verpleegkundigen van de intensive care van Altrecht. De verpleegkundigen die nog werkzaam zijn op de intensive care zetten zich elke dag weer in voor hun patiënten, ondanks het personeelstekort. Dit persoonlijke concern was de aanleiding om in het kader van de master zorgethiek en beleid een zorgethisch onderzoek uit te voeren naar de drijfveren van de verpleegkundigen om op deze afdeling te werken en welke machtsstructuren de drijfveren beïnvloeden. Het conceptueel onderzoek biedt inzichten voor het denken over machtsstructuren in zorgpraktijken. Het empirisch onderzoek laat zien dat de drijfveren van de verpleegkundigen door verschillende machtsstructuren worden beïnvloedt. Door middel van een institutioneel etnografisch onderzoeksmethode verschillende machtsstructuren zichtbaar. Door de dialectische verbinding tussen de conceptuele en empirische bevindingen werd inzicht verkregen in de meerwaarde van dit onderzoek voor het denken over machtsstructuren in zorgpraktijken vanuit zorgethisch perspectief. Deze inzichten laten zien dat op verschillende niveaus verandering nodig is om de drijfveren om te zorgen van verpleegkundigen te behouden. PB - [s.l.] : s.n. TI - Hart voor de psychiatrie . Onderzoek naar drijfveren van verpleegkundigen in de acute psychiatrie L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3499/A_Dingemans_ZEB70_Masterthesis.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Rozing, Martijn PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3507 AB - Titel: Tragiek, machteloosheid en verwondering. Een zorgethisch onderzoek naar de ervaring van machteloosheid van de arts in de zorg voor oudere patiënten in het ziekenhuis. Binnen de hedendaagse gezondheidszorg en ziekenhuiszorg ligt de nadruk op oplossen van problemen en verlichten van lijden. Toch kan niet al het menselijk lijden verlicht worden en zodoende licht binnen de zorg de tragische dimensie van het menselijk bestaan ook op. In dit zorgethische onderzoek is nagegaan op welke manier de tragische dimensie van het bestaan terugkomt in de ervaring van artsen in de zorg voor ouderen in het ziekenhuis. De hoofdvraag van het onderzoek is: In hoeverre en op welke manier verschijnt de tragische dimensie van het bestaan in de ervaring van machteloosheid bij klinisch geriaters in de zorg voor oudere patiënten, en wat betekent dit voor zorgethische theorievorming? Er is een theoretische verkenning gemaakt van het begrip tragiek en hoe dit binnen de (zorg)ethische literatuur is geconceptualiseerd. Daaruit kwam naar voren dat het nauw verbonden is met het critical insight kwetsbaarheid en werd het gezien als een vorm van moreel lijden onder omstandigheden waarop een mens geen invloed kan uitoefenen. Daarin is ook sprake van de ervaring van machteloosheid. Via een fenomenologisch onderzoek is inzicht verkregen in de geleefde ervaring van machteloosheid van artsen in de zorg voor oudere patiënten in het ziekenhuis. Door middel van evocatieve verhalen is deze zichtbaar gemaakt. Uit de analyse van deze verhalen komt naar voren dat de kern van de ervaring van machteloosheid zich laat omschrijven als een botsing tussen twee belevingswerelden waarbij een ideaal van de arts wordt bedreigd en waarin sprake is van een ontbreken van overeenstemming over de zorg. Daarnaast zijn in twee Wonderlab-bijeenkomsten met de respondenten verhalen en ervaringen uitgewisseld rond de vraag hoe het is om in het werk met de grens van het eigen handelen geconfronteerd te worden. Daaruit komt voren dat in de confrontatie met deze grens artsen zich bewust worden van verschillende perspectieven in zorg, in het bijzonder in de kloof tussen henzelf en patiënten/familie in de communicatie over de zorg. Uit een vergelijking van de empirische bevindingen met de theorie over het tragische, komt naar voren dat de arts in haar streven naar een bepaald ideaal in de zorg voor oudere patiënten vatbaar wordt voor een vorm van moreel lijden. Hierin toont zich de tragische dimensie van het bestaan in de ervaring van de artsen. De houding van verwondering lijkt een passende manier om de ervaring van machteloosheid te benaderen en ruimte te geven, en dit zou gezien kunnen worden als een manier om het ‘arrangement van de tragiek’ voor artsen vorm te geven. PB - [s.l.] : s.n. TI - Tragiek, machteloosheid en verwondering. Een zorgethisch onderzoek naar de ervaring van machteloosheid van de arts in de zorg voor oudere patiënten in het ziekenhuis. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3507/ZEB70%20Thesis%20M%20Rozing%20digi.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Shilue, D. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3500 AB - Kwalitatief zorgethische onderzoek doen naar vluchtelingen en asielzoekers wordt overstelpt met culturele, methodologische en ethische uitdagingen. Hoewel de basisprincipes van onderzoeksethiek getuigen van een zekere morele verantwoordelijkheid van onderzoekers, blijken deze principes te ‘smal’ en reductionistisch te zijn en niet te passen bij doelgroepen die afwijken van de westerse cultuur en andere filosofieën en waarden hebben. De theorie van filosofe Margaret Urban Walker laat zien dat perspectieven op morele verantwoordelijkheid kunnen verschillen omdat mensen vanuit verschillende posities andere morele achtergronden hebben. Om recht te doen aan andere morele dimensies binnen kwalitatief onderzoek, waar zorgethische onderzoekers (of alle onderzoekers) ongetwijfeld mee te maken krijgen, dient er binnen onderzoeksethiek verder gekeken te worden dan de gevestigde morele principes binnen kwalitatief wetenschappelijk onderzoek. Wil de zorgethische onderzoeker morele verantwoordelijkheid op zich nemen en niet alleen recht doen aan divergerende morele opvattingen, zoals Walker poneert, maar ook andere epistemologische en ontologische achtergronden, dient hij of zij op reflexieve wijze zijn interpretatieve middelen opnieuw vorm te geven. Een standpunt waar Walker zich slechts spaarzaam over uit laat, zal tot in het extreme doorgetrokken worden met behulp van een antropologische stroming genaamd ‘the ontological turn’. Dit ontologisch pluralistische standpunt vraagt van de zorgethische onderzoeker stil te staan bij niet alleen zijn culturele of conceptuele vooronderstellingen, maar zijn meest basale inferenties van de werkelijkheid. PB - [s.l.] : s.n. TI - Voorbij niet schaden. De zorgzame onderzoeker L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3500/D.%20Shilue_101704_%20MasterThesis_2019_Voorbij%20Niet%20Schaden_DEF.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Hijne, Merel PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3508 AB - Er is veel onderzoek gedaan naar de risico’s van zwangerschap en moederschap voor MS-patiënten. Hieruit is gebleken dat een zwangerschap zowel voor moeder als voor kind niet problematisch is. Toch blijken veel vrouwen met MS ervoor te kiezen om geen moeder te worden. Het merendeel van deze vrouwen heeft hier MS gerelateerde redenen voor. Na verdieping in dit onderzoek bleken onzekerheden over de kwaliteit van het moederschap een rol te spelen en ook angst dat MS goed moederschap in de weg zou staan. Op basis hiervan is een probleemstelling ontwikkeld waarin de vraag wordt gesteld wat moederschap kwalitatief goed moederschap maakt. Wat is de norm voor ‘goed moederschap’ en wie bepaald die norm? Om te bepalen wat goede zorg is, wordt in de zorgethiek naar de praktijk gekeken. ‘Het goede’ kan volgens de zorgethiek niet vooraf worden bepaald, maar ontvouwt zich in zorgpraktijken tussen zorgverleners, zorgontvangers en andere betrokkenen in de sociale omgeving. Zorg is daarmee een relationeel fenomeen en behoort daarom ook tot de sociale en politieke dimensies. In het theoretisch kader is daarom aandacht besteed aan deze sociale en politieke dimensies van moederen, door te kijken naar zorgethische literatuur over normativiteit met betrekking tot moederschap. Vervolgens is een fenomenologische onderzoeksbenadering toegepast, omdat we de praktijk enkel kunnen begrijpen wanneer we inzicht krijgen in geleefde ervaringen van individuen uit deze praktijk. Op deze manier biedt dit onderzoek inzichten die andere onderzoeken nog niet aan het licht hebben gebracht. Namelijk een rijker begrip van moederen met MS en te betekenis die daaraan wordt gegeven. Bij het bestuderen van deze ervaringen zijn een aantal thema’s naar voren gekomen: ‘het ervaren van beperkingen’, ‘het gevoel er niet (bij) te kunnen zijn’, ‘het gevoel er wel te kunnen zijn’ ‘zingeving in moederen en zingeving naast moederen’ en ‘het ervaren van (on)begrip en steun’. Hieruit werd duidelijk dat ‘goed moederen’ tot stand komt in de praktijk en bepaald wordt de betrokkenen in die praktijk. Maar ook idealen blijken door te schemeren. Op basis hiervan is een lemniscaat vormgegeven waarin de wisselwerking tussen idealen en reflectie de op eigen handelen in context is weergegeven. De zorgethiek biedt een kader waarbinnen deze reflectie geduid kan worden. Zorgethische concepten als kwetsbaarheid, contextualiteit en relationaliteit kunnen dit proces inzichtelijk maken. PB - [s.l.] : s.n. TI - Moederen met MS. Een zorgethisch onderzoek naar de mogelijkheden van beperkingen L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3508/Master%20scriptie%20Merel%20Hijne%20-%20Moederen%20met%20MS.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Jacobi, Silke PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3509 AB - Om afscheid te kunnen nemen van de systeemgerichtheid in de Nederlandse langdurige zorg voor burger met een verstandelijke beperking zijn in 2015 en 2017 op landelijk niveau beleidswijzigingen aangebracht. Doelstelling is het de persoonsgerichtheid van de zorg te borgen. De vermaatschappelijking van zorgtaken is een tweede beleidsvoornemen. Voor de beleidsuitvoering wordt formeel de positie van de zorgprofessional opgewaardeerd, opdat hij /zij met praktijkinzichten en vanuit de nabijheid van de zorgontvanger inspraak kan leveren bij beleidsdwaalsporen of belemmerende systeemgerichtheid. In de praktijk is het (tegen)geluid van de zorgwerkvloer weinig te horen, ook spelen machtsvraagstukken binnen een impliciet krachtenveld. Ook vanuit zorgethische inzichten kan om meer zorgprofessionele inspraakmogelijkheden en vlakkere hiërarchieën gevraagd worden. Een maatschappelijke context met neoliberale tendensen evoceert echter een meer subtiele, complexe machtsdynamiek, die de historicus en filosoof Foucault analyseert. De socioloog Bröckling onderzoekt op basis daarvan hedendaagse maatschappelijke praktijken. Moraliteit is bij beiden geen analytische uitgangspunt, in tegenstelling met zorgethische inzichten. Door beide stromingen met elkaar in gesprek te brengen worden de perspectieven wederzijds aangevuld, om internaliserende machtswerkingen ook zorgethisch te kunnen verkennen. Dit geeft zicht op complexe dynamieken die niet alleen de inspraakmogelijkheden van de zorgprofessional belemmeren, maar ook de zorginstelling zelf, zonder dat dit zichtbaar wordt. Met de Foucaultiaanse zienswijze kan de maatschappelijke context specifieker in verband gebracht worden met de subtiele werkingswijzen van machtsdynamieken op micro-, meso- en macroniveau. PB - [s.l.] : s.n. TI - Het broze geluid van 'de werkvloer'. Een zorgethisch literatuuronderzoek met als referentiekader de residentiële gehandicaptenzorg. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3509/Jacobi%20masterthesis%20ZEB%201015125.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Peppel, Suzanne van PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3510 AB - In Nederland is nog te weinig aandacht voor hulp aan verpleegkundigen bij het omgaan met incidenten. Zorgverleners zijn vatbaar voor fouten en kwetsbaar voor de gevolgen, die als traumatiserend ervaren kunnen worden. In de literatuur is weinig geschreven over de geleefde ervaring van specifiek kinderverpleegkundigen ten aanzien van second victimhood en tevens ontbreekt hiervoor voldoende inzicht en empirisch bewijs. Doel van dit onderzoek is inzicht krijgen in de ervaringen van kinderverpleegkundigen ten aanzien van second victimhood. Dit inzicht kan worden ingezet voor het verbeteren van zorg voor kinderverpleegkundigen in deze context. In het theoretische kader is eerst verkend welke inzichten de verpleegkundige en zorgethische literatuur biedt ten aanzien van second victimhood bij kinderverpleegkundigen met betrekking tot de concepten ‘verantwoordelijkheid’, ‘relationaliteit’ en ‘kwetsbaarheid’. Hierbij is gebruik gemaakt van sensitizing concepts. Om inzicht te krijgen in de geleefde ervaring van kinderverpleegkundigen ten aanzien van second victimhood, zijn drie kinderverpleegkundigen geïnterviewd. De verkregen data is geanalyseerd volgens de Interpretative Phenomenological Analysis (IPA). Na het empirisch onderzoek zijn de theoretische en conceptuele inzichten uit de literatuurstudie doordacht met de resultaten van het empirisch onderzoek. Dit is gedaan om te onderzoeken hoe deze inzichten vanuit zorgethisch perspectief, kunnen bijdragen aan goede zorg voor kinderverpleegkundigen in Nederland bij second victimhood. Concluderend kan worden gesteld, dat de geleefde ervaring van kinderverpleegkundigen ten aanzien van second victimhood is, dat het een grote impact heeft op persoonlijk en professioneel vlak. Het risico om betrokken te raken bij een incident ligt voor kinderverpleegkundigen voortdurend op de loer. Na een incident proberen kinderverpleegkundigen houvast te vinden in het geloof in zichzelf als goede kinderverpleegkundige. De zorgverlener is niet alleen verbonden met verschillende relaties, maar deze zijn onderdeel van de identiteit van de zorgverlener. De zorgverlener is kwetsbaar en afhankelijk van deze relaties, bijvoorbeeld voor een vervullend beroepsleven en sociale steun. Voor goede zorg voor kinderverpleegkundigen na het maken van een medische fout, is het van essentieel belang hier binnen een verpleegkundig team, de zorginstelling en op sociaal-politiek niveau een goed beleid op te maken om deze afhankelijkheidsrelaties te ondersteunen. Tijdens het onderzoek is een logboek bijgehouden en peer debriefing gedaan met als doel de analyse en interpretatie zo objectief mogelijk te houden. PB - [s.l.] : s.n. TI - Kundig en Kwetsbaar. Een zorgethische studie naar de geleefde ervaring van kinderverpleegkundigen ten aanzien van second victimhood. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3510/Masterthesis_2019_Peppel%20-%20Kundig%20%26%20Kwetsbaar.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Haverkort, Tess PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3511 AB - Sinds de hervormingen van de langdurige zorg worden ouderen gestimuleerd om zolang mogelijk zelfstandig thuis te wonen. Hierdoor is er een toename van ouderen die alleen thuis wonen. Onder deze thuiswonende ouderen is ondervoeding een groeiend probleem en vormt een bedreiging voor de zelfredzaamheid en kwaliteit van leven. Met de toenemende vergrijzing zal het aantal kwetsbare thuiswonende mensen toenemen en is dit een maatschappelijk probleem. Er zijn diverse buurtinitiatieven en verzorgingstehuizen die gezamenlijke maaltijden aanbieden. Er zijn aanwijzingen dat deze maaltijden een positief effect hebben op de voedselinname en het welzijn en welbevinden van mensen. Deze zijn echter nog niet wetenschappelijk onderzocht. In deze studie is de geleefde ervaring van alleenstaande thuiswonende ouderen die samen eten onderzocht. Het doel hiervan is meer inzicht in deze ervaringen generen en hiermee een bijdrage kunnen leveren aan goede zorg voor zelfstandig thuiswonende ouderen. Aan de hand van een literatuurstudie en een empirisch onderzoek, is er onderzoek gedaan naar de geleefde ervaring van alleenstaande thuiswonende ouderen die samen eten. In het theoretische kader zijn er eerst zorgethische concepten rondom relationaliteit verkend, gevolgd door fenomenologisch onderzoek om zicht te krijgen in de geleefde ervaringen. Dit leverde de volgende essentie op: Alleenstaande thuiswonende ouderen ervaren samen eten is gezelligheid ervaren door het alleen zijn te doorbreken en jezelf kunnen ervaren door de ander. Gezelligheid blijkt een gelaagd thema te zijn die in verschillende elementen is uitgewerkt in deze studie. Buurtinitiatieven en verzorgingstehuizen die gezamenlijke maaltijden organiseren vervullen een belangrijke maatschappelijk functie als het gaat om het bieden van gezelligheid tijdens een maaltijd en de mogelijkheid om het alleen zijn te doorbreken. Samen eten lijkt een drager voor betekenisvolle afstemming om zorg te geven en te ontvangen. Het biedt de mogelijkheid om in gelijkwaardigheid te vinden aan tafel door in wederkerige afhankelijkheidsrelaties te verhouden. De afstemming met de ander waarin sprake is van geven en ontvangen, is een betekenisvolle wisselwerking die gevoelens van voldoening kunnen geven en het gevoel erbij te horen. Door samen te eten kan is er de mogelijkheid om even ‘je ei kwijt’ te kunnen, waardoor je even jezelf kan ervaren en jezelf verstaan in relatie tot een ander. Wat niet meer zo vanzelfsprekend is voor alleenwonende ouder. Rituelen rondom het eten zijn belangrijk in de vormgeving van een gezamenlijke maaltijden. Ze dragen bij in de mogelijkheid jezelf te herkennen in de ander als gelijke door rituelen. Daarnaast dragen ze bij aan de sfeer aan tafel. Samen zijn, je ei kwijt kunnen, verhouden in wederkerige afhankelijkheid relaties en de aandacht voor rituelen, worden tezamen als gezellig tijdens het eten. Het onderzoek naar ervaringen van samen eten gaf een bijvangst die inzicht gaf in de positie van alleenstaande thuiswonende ouderen ten aanzien van zelfredzaamheid. De respondenten lijken zich te moeten te verhouden in spanningsveld van enerzijds acceptatie van toenemende afhankelijkheid en anderzijds de drang om zolang mogelijk zelfstandig te blijven. Door confrontatie met meer-afhankelijke in eigen omgeving en de herhaaldelijk boodschap voor zelfredzaamheid van de overheid, lijkt er weinig ruimte te worden ervaren voor meer-afhankelijk. Je wilt niet voor ‘spek en bonen’ meedoen lijkt ervaring . Dit kan onbedoeld de druk opvoeren naar het streven naar het ideaal van zelfredzaamheid. PB - [s.l.] : s.n. TI - Samen eten. Een zorgethische studie naar de geleefde ervaring van samen eten onder alleenstaande thuiswonende ouderen. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3511/Master%20scriptie%20ZeB%20210619.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Hupkens, S. AU - Machielse, J.E.M. AU - Goumans, M. J. B. M. AU - Derkx, P. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3374 TI - Meaning in life in daily care. A qualitative analysis of participant observations in homecare rounds. SN - 0309-2402 JF - Journal of Advanced Nursing N1 - 19 -2 11-0 DO - http://dx.doi.org/10.1111/jan.14027 ER - TY - GEN AU - Cuba, S. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3343 AB - Een procesbenadering van organiseren, zoals dat de afgelopen jaren steeds meer ingang heeft gevonden in de kritische organisatiestudies, stelt serieuze vraagtekens bij een aantal dominante veronderstellingen met betrekking tot het besturen van een organisatie. Een processuele kijk op het besturen van een organisatie, kan tegemoet komen aan de noodzaak die in de praktijk en de kritische organisatiestudies wordt ervaren om op nieuwe, verbeeldingsvolle manieren over dit onderwerp na te denken. Zij kan daarmee een positief alternatief bieden om nog zinvol over leiderschap te kunnen spreken in confrontatie met de tekortkomingen van dominante discoursen in hun omgang met een onbeheersbare, onvoorspelbare werkelijkheid. In deze scriptie onderzoek ik hoe we het besturen van een organisatie kunnen denken, als we vanuit een procesbenadering de werkelijkheid opvatten als een open en onbeheersbaar wordingsproces, een gebeuren waar iedereen zowel vorm aan geeft als door wordt gevormd. Om deze vraag te onderzoeken, verricht ik een theoretische literatuurstudie die ruimte houdt voor wat niet in theorieën gevat en gezegd kan worden. Procesdenkers Robert Cooper, Robert Chia, Sverre Spoelstra en Martin Wood spelen in dit onderzoek de hoofdrol. PB - [s.l.] : s.n. TI - Bodemloos Besturen. Een processuele kijk op het besturen van organisaties. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3343/S%20de%20Cuba_Bodemloos%20besturen_7%20jan%20019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Klepper, Astrid PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3361 AB - Uit de maatschappelijke en wetenschappelijke literatuur blijkt dat in Nederland sprake is van toenemende medicalisering bij de bevalling, ondanks de traditie van een fysiologische benadering van zwangerschap en baring. Medicinale pijnbehandeling tijdens de baring is een van de toegenomen interventies. De vraag is of dit een positieve ontwikkeling is. Pijnbehandeling neemt de baringspijn (grotendeels) weg, maar heeft nadelen voor moeder en kind. Bovendien kan baringspijn fysiologie bevorderen en is onduidelijk wat we doen door dat weg te nemen; een algemeen gedragen visie op baringspijn mist. Anderzijds bewerkstelligt een traumatisch beleefde baring, waar pijn deel van uit kan maken, negatieve gevolgen voor moeder, kind en gezin. Een antwoord op wat het juiste is om te doen bij baringspijn is er dus nog niet. Wel blijkt de context van invloed op de beleving van baringspijn. Nog niet eerder is onderzocht hoe baringspijn wordt ervaren door de gehele sociale context rondom een baring en wat dat betekent voor goede zorg. Dit afstudeeronderzoek draagt bij aan wetenschappelijk inzicht in en visievorming over baringspijn. Om het fenomeen baringspijn diepgaand te onderzoeken is een fenomenologisch onderzoek gedaan naar de geleefde ervaring van baringspijn door alle betrokken bij een baring in de eerste lijn, inclusief de barende. In samenwerking met een verloskundigenpraktijk zijn respondenten gezocht. Er heeft observatie van de baring plaatsgevonden door middel van close observation. Bij de barende, de verloskundige en de kraamverzorgende is na de bevalling een open interview afgenomen. De partner zag af van deelname aan het interview. De analyse is gedaan volgens de Reflective Lifeworld Approach (RLA) met input van de close observation en verbeeldingen van baringspijn die de respondenten beschreven als insight cultivator. Dit leverde de beschrijving op van de essentie van baringspijn ervaren door de zowel barende als de zorgverleners. De bevindingen zijn naast een theoretische verkenning van zorgetische literatuur gelegd over relationaliteit, contextualiteit en lichamelijkheid; concepten die relatie hebben met het ervaren van baringspijn. Uit de bevindingen komt het volgende naar voren. Baringspijn deed via de barende een appel op de zorgverleners om er te zijn voor de barende en iets voor haar te doen. Tevens ontstond er verlangen naar verbondenheid om er met elkaar te zijn als een team voor zowel de barende als elkaar. Het ervaren van baringspijn dwong de zorgverleners zich te verhouden tot het ongewisse dat baringspijn met zich meebrengt. De barende ervoer haar baringspijn als een indringer die de beleving van haar lichaam beïnvloedde. Die baringspijn ervoer ze als krachtig wat angst opriep, maar ook als machtig subject met het vermogen haar angst te overmeesteren. Baringspijn deed bij de barende een sterk appel op het moeten verduren van het ongewisse en op het vertrouwen of ze dat verduren vol zou houden. Ze ontleende veel vertrouwen uit het ontstane team. Vanuit de bevindingen, zorgethische reflectie en discussie zijn aanbevelingen gedaan voor goede baringszorg vanuit zorgethisch perspectief en vervolgonderzoek. PB - [s.l.] : s.n. TI - Baringspijn raakt iedereen. Een zorgethische studie naar de geleefde ervaring van baringspijn en hoe daarop geantwoord wordt L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3361/Onderzoek%20ZEB-70%20DEF%20Astrid%20Klepper%201006231%20ext%20DEF.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Kubber, S. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3479 AB - Volgens Charles Taylor (1989) is de oriëntatie in de morele ruimte de meest kenmerkende eigenschap van het menselijk bestaan. De oriëntatie op het ‘goede’ bepaalt hoe we ons levensverhaal vormgeven. Levensverhalen zijn een articulatie van waardeoordelen en overtuigingen over dat wat het leven zin en inhoud geeft. Voor personen met een persoonlijkheidsstoornis kan zingeving een complex en kwetsbaar thema vormen. Het doel is te onderzoeken in hoeverre en hoe personen met de diagnose persoonlijkheidsstoornis zich oriënteren op visies van het ‘goede’ voor en na psychotherapeutische behandeling. De respondenten schrijven tweemaal hun levensverhaal op, voor én na de behandeling (r=19). De verhalen zijn onderzocht volgens de holistische contentanalyse (Lieblich, 1991). De bevindingen laten zien dat de oriëntatie op het ‘goede’ in het tweede verhaal op verschillende manieren is verschoven. Op sommige thema’s neemt de oriëntatie op het ‘goede’ toe, op andere thema’s komt het gebrek aan het ‘goede’ meer naar voren. Sommige bronnen van zinvol leven worden in het tweede verhaal niet meer genoemd. Tevens wordt het gebrek aan zinvol leven sterker beschreven. De verschuivingen lijken goed te passen bij therapeutische doelstellingen: kwetsbaarheid, reflectie en verbondenheid met anderen. Dat sommige gebreken aan het ‘goede’ meer worden beschreven kan voortkomen uit de bekwaamheid die de respondenten ontwikkelen in reflecteren. Ze leren beter zien wanneer het ‘goede’ niet lukt. Het wegvallen van bepaalde bronnen van zinvol leven en toename van beschrijvingen schuld en schaamte zijn opmerkelijk. Dit biedt eventueel mogelijkheden voor verbetering van de geestelijke gezondheidszorg door het bieden van meer aandacht op deze thema’s in vormen van existentiële begeleiding. Hier schuilt een mogelijke complementaire rol van de geestelijke verzorger in de behandeling. PB - [s.l.] : s.n. TI - Zingeving als oriëntatieproces. Een empirisch onderzoek naar verschuivingen in oriëntatie op het ‘goede’ door behandeling van personen met een persoonlijkheidsstoornis. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3479/SKubber%20-%20scriptie%20DEF-13-06-2019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Kubber, S. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3467 AB - Volgens Charles Taylor (1989) is de oriëntatie in de morele ruimte de meest kenmerkende eigenschap van het menselijk bestaan. De oriëntatie op het ‘goede’ bepaalt hoe we ons levensverhaal vormgeven. Levensverhalen zijn een articulatie van waardeoordelen en overtuigingen over dat wat het leven zin en inhoud geeft. Voor personen met een persoonlijkheidsstoornis kan zingeving een complex en kwetsbaar thema vormen. Het doel is te onderzoeken in hoeverre en hoe personen met de diagnose persoonlijkheidsstoornis zich oriënteren op visies van het ‘goede’ voor en na psychotherapeutische behandeling. De respondenten schrijven tweemaal hun levensverhaal op, voor én na de behandeling (r=19). De verhalen zijn onderzocht volgens de holistische contentanalyse (Lieblich, 1991). De bevindingen laten zien dat de oriëntatie op het ‘goede’ in het tweede verhaal op verschillende manieren is verschoven. Op sommige thema’s neemt de oriëntatie op het ‘goede’ toe, op andere thema’s komt het gebrek aan het ‘goede’ meer naar voren. Sommige bronnen van zinvol leven worden in het tweede verhaal niet meer genoemd. Tevens wordt het gebrek aan zinvol leven sterker beschreven. De verschuivingen lijken goed te passen bij therapeutische doelstellingen: kwetsbaarheid, reflectie en verbondenheid met anderen. Dat sommige gebreken aan het ‘goede’ meer worden beschreven kan voortkomen uit de bekwaamheid die de respondenten ontwikkelen in reflecteren. Ze leren beter zien wanneer het ‘goede’ niet lukt. Het wegvallen van bepaalde bronnen van zinvol leven en toename van beschrijvingen schuld en schaamte zijn opmerkelijk. Dit biedt eventueel mogelijkheden voor verbetering van de geestelijke gezondheidszorg door het bieden van meer aandacht op deze thema’s in vormen van existentiële begeleiding. Hier schuilt een mogelijke complementaire rol van de geestelijke verzorger in de behandeling. PB - [s.l.] : s.n. TI - Zingeving als oriëntatieproces. Een empirisch onderzoek naar verschuivingen in oriëntatie op het ‘goede’ door behandeling van personen met een persoonlijkheidsstoornis. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3467/SKubber%20-%20scriptie%20DEF-13-06-2019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Oorsouw, I. van PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3458 AB - Dit onderzoek richt zich op de vraag of er sprake is van ageism, het systematisch stereotyperen en/of discrimineren van ouderen, in hoe er gepraat en gedacht wordt door zorgprofessionals over zelfredzaamheid bij ouderen. Dit onderzoek begint met een literatuuronderzoek waaruit een eigen meetinstrument ontwikkeld is om ageism te herkennen: het ‘Ageism Evaluation Instrument’. Vervolgens zijn er vanuit een inhoudsanalyse van zes beleidsdocumenten, zes conceptualisaties van zelfredzaamheid bij ouderen gedestilleerd. Deze conceptualisaties zijn geanalyseerd aan de hand van het eerder ontwikkelde Ageism Evaluation Instrument. Hieruit volgt de conclusie dat er in drie van de zes conceptualisaties sprake is van ‘benevolent ageism’: het hebben van een deels positieve houding naar ouderen in combinatie met beschermend paternalisme. Naast het ontwikkelen en toepassen van het instrument om ageism te herkennen is er ook door middel van een literatuuronderzoek onderzocht hoe dit ageism geminimaliseerd kan worden. PB - [s.l.] : s.n. TI - Wie bepaalt dan wat ‘goed’ is? Een onderzoek over ageism binnen het discours van zelfredzaamheid bij ouderen. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3458/wie%20bepaalt%20dan%20wat%20goed%20is%20-%20ivo%20van%20oorsouw.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Boer, Thijs PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3513 PB - [s.l.] : s.n. TI - Verantwoordelijk voor eigen dood. Onderzoek naar de morele verantwoordelijkheid van ouderen met betrekking tot hun eigen sterven. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3513/Thesis%20Thijs%20Boer.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Verhagen, Wietske PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3514 AB - Bestuurders van instellingen voor zorg aan mensen met een beperking stellen dat binnen de reguliere gehandicaptenzorg plaats gemaakt moet worden voor de unieke eigen kennis van ouders (Veurink, 2017). Vanuit verschillende wetenschappelijke disciplines is onderzoek gedaan naar de kennisoverdracht tussen ouders en professionals in de gehandicaptenzorg (Jansen, 2015; De Geeter, Poppes & Vlaskamp, 2002; Isarin 2001). Deze onderzoeken richten zich op het perspectief van de ouders, in het bijzonder de moeders. In dit onderzoek naar het proces van kennisoverdracht en -ontwikkeling worden de ervaringen van de ouders en begeleiders van personen met een ernstige verstandelijke of meervoudige beperking die recent zijn verhuisd naar een zorginstelling, naast elkaar geplaatst. Het vertrekt vanuit de principes van de zorgethiek (Leget, Van Nistelrooij & Visse, 2017) en de responsieve methodologie (Abma, 2006). Er wordt gepoogd bij te dragen aan de cultuuromslag waarmee er binnen de gehandicaptenzorg plaats wordt gemaakt voor de kennis van ouders en aan de zorgethische literatuur over de epistemologische dimensie van zorg, dat wil zeggen de kennis die ontstaat over de zorgontvanger binnen een zorgrelatie. In het theoretisch deel van dit onderzoek zijn de belangrijkste (zorgethische) inzichten verkend die de epistemologische dimensie van zorg en het proces van kennisoverdracht en -ontwikkeling binnen de relatie tussen ouders en begeleiders van mensen met een ernstige verstandelijke of meervoudige beperking, kunnen verduidelijken. In het empirisch deel van dit onderzoek zijn de verhalen van drie moeders en drie begeleiders van personen met een ernstige verstandelijke of meervoudige geanalyseerd met behulp van technieken uit de narratieve analyse (Visse, 2014). Vervolgens zijn deze inzichten met elkaar in dialoog gebracht. Er kan gesteld worden dat de unieke kennis van familieleden, naasten of andere betrokkenen over de eigenheid van de zorgontvanger een belangrijke rol kan spelen in de epistemologische dimensie van zorg. In een hermeneutisch proces waarbij de perspectieven van ouders en begeleiders elkaar aanvullen, beïnvloeden en veranderen ontstaan nieuwe inzichten. Dit proces wordt mede gekenmerkt door conflict, verschuivende machtsposities, ambiguïteit en tragiek. Door ruimte te maken voor reflectie en dialoog binnen de zorgpraktijk kan gestreefd worden naar “waardig strijden” (Kunneman, 2017) in de relatie tussen de ouders en de begeleiders. Dit kan het proces van kennisoverdracht en -ontwikkeling verbeteren en de zorg voor de cliënt ten goede komen. PB - [s.l.] : s.n. TI - Samen beter weten. Een zorgethisch onderzoek naar het proces van kennisoverdracht en -ontwikkeling tussen ouders van personen met een ernstige verstandelijke of meervoudige beperking en de begeleiders van deze personen. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3514/Masterthesis%20Wietske%20Verhagen%20definitieve%20versie.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Poppe, Wic van de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3515 AB - De Utrechtse zorgethiek baseert haar theorie op een dialectische spanning tussen empirie en conceptuele theorie. Het doel is om te zoeken naar het goede in de particuliere context. Veelal wordt er kwalitatief onderzoek gedaan met behulp van diverse methodieken. Zorgethiek noemt zich een interdisciplinaire discipline die zich niet laat inkaderen door selectieve wetenschapsgebieden. In de zorgethiek is echter vrijwel niets geschreven over het lijden in een politieke context. Lijden komt impliciet wel aan de orde in kwalitatief onderzoek, maar wordt vrijwel nooit politiek geplaatst. Daarom worden er in deze scriptie twee cultuurkritische auteurs vergeleken die een visie op lijden beschrijven in onze huidige laatmoderne samenleving. Zij noemen zichzelf geen zorgethici, echter, hun theorie past prima binnen de zorgethiek omdat zij een mensbeeld beschrijven waarin het zorgen een institutioneel begrip is, verweven in het leven en het bestaan. In deze thesis wordt de theorie van Ulrich Bröckling vergeleken met de theorie van Asma Abbas. Deze vergelijking biedt een aanvulling op de zorgethische visie die Van Nistelrooij beschrijft over de ontmoeting met een lijdende ander. Bröckling beschrijft vooral een mensbeeld dat geheel individualistisch is en waarbij altijd wordt verwacht dat de mens handelt. Een beeld waar het maakbaarheidsprincipe voorop staat. Abbas beschrijft vooral de esthetiek rondom lijden en de gelaagdheid van het menselijk lijden. Ze beschrijft dat we in onze huidige samenleving lijden reduceren tot woord en spraak. Lijden wordt volgens haar gedegradeerd tot een product met een kostprijs, wat noodzakelijk is voor een liberale invulling van rechtvaardigheid. Zonder de transformatie van lijden naar slachtoffers en letsel is er geen bestaansrecht voor een liberale rechtvaardigheid. Liberale rechtvaardigheid kan namelijk enkel bestaan met de erkenning van slachtoffers en letsel. De theorie van Abbas en Bröckling vult de zorgethische visie op lijden die de Utrechtse zorgethica Van Nistelrooij beschrijft aan. Van Nistelrooij schrijft in haar dissertatie over de ontmoeting met een lijdende ander. Compassie vormt hierbinnen een fundamenteel begrip voor het verkrijgen van identiteit. Zij plaatst het lijden in zowel particuliere als gemeenschappelijke context. De otherness die dit lijden onder andere teweegbrengt zorgt voor de noodzakelijke verbinding en openstelling tot de ander. Bröckling en Abbas schetsen de context waarbinnen mensen lijden en de gevolgen van deze context. Het lijden vormt juist de ik en de ander en wordt niet vereenvoudigd tot enkel een negatief gevolg van een handeling. Van Nistelrooij beschrijft vooral wat de ontmoeting met een lijdende ander bewerkstelligt. Samengevat kan worden dat Bröckling en Abbas de politieke en esthetische context beschrijven en dat binnen die context de visie van Van Nistelrooij van toepassing is. Compassie en de ander vormen onze identiteit, maar in de huidige maatschappij lijkt dit niet zichtbaar. We beperken ons binnen de limieten van woord en spraak en kunnen de bijkomende gelaagdheid van lijden moeilijk zien. Lijden is namelijk niet te vereenvoudigen tot woord en spraak, tot pijn en slachtoffers. Het lijden gaat dieper, verder, en zorgt voor verbinding. Het liberale systeem beperkt daarmee onze zintuiglijkheid en limiteert daarmee onze ‘taal’ tot het gesproken en geschreven woord. Terwijl taal en daarmee kennis veel meer is dan woorden en spraak. PB - [s.l.] : s.n. TI - Lijden in de laatmoderniteit. Een vergelijking van twee cultuurkritische auteurs met een zorgethische visie . L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3515/Master%20thesis%20Wic%20ZeB.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Ruyter, D.J. de AU - Boendermaker, L AU - Rumping, S PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3391 TI - Stimulating interdisciplinary collaboration among youth social workers: A scoping review EP - 305 SN - 0966-0410 IS - iss. 2 SP - 293 JF - Health & Social Care in the Community VL - vol. 27 N1 - 19 -2 16-0 ER - TY - GEN AU - Smulders, J.R. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3723 AB - Eigen regie en veerkracht zijn dominante begrippen in de huidige participatiesamenleving. In zorg en beleid wordt dan ook steeds meer aandacht besteed aan ‘de actieve patiënt’. Tegelijkertijd zijn er een heleboel mensen die moeite hebben met het voeren van eigen regie over gezondheid, ziekte en zorg (Nivel, 2016). Uit onderzoek van Movisie (2017) blijkt dat mensen die de regie over het eigen leven kwijt zijn of dreigen te verliezen, geregeld ook de intrinsieke motivatie kwijtraken om over zichzelf te beschikken. Dit onderzoek focust zich op stellen met vruchtbaarheidsproblemen. Ondanks de gedegen psychologische en sociologische kennis over de impact en de gevolgen van vruchtbaarheidsproblemen, is er nog niet veel bekend over hoe deze stellen eigen regievoering in de spreekkamer van de arts ervaren. In dit onderzoek staan conceptueel en empirisch onderzoek in een dialectische relatie tot elkaar. Dit houdt in dat de nadruk ligt op het bij elkaar brengen van theoretisch ethische - en kwalitatief empirische inzichten. In het conceptuele onderzoek zijn de concepten ‘kwetsbaarheid’ en ‘relationaliteit’ uitgediept aan de hand van (zorgethische) literatuur. Daarnaast is een fenomenologisch, empirisch onderzoek uitgevoerd, waarbij er vijf stellen met vruchtbaarheidsproblemen zijn geïnterviewd. Tevens hebben observaties plaatsgevonden in de spreekkamer van de arts. Uit de bevindingen blijkt dat het realiteitsgehalte van het morele en politieke ideaal ‘eigen regievoering’ niet zo gemakkelijk te bewerkstelligen is. Stellen met vruchtbaarheidsproblemen ervoeren verschillende belemmeringen die ervoor zorgen dat zij (een deel van) de eigen regie uit handen moeten geven. Het is daarom van belang dat er niet alleen gericht wordt op eigen regie en onafhankelijkheid van patiënten, maar ook op het begeleiden van deze stellen in het proces van gezamenlijke besluitvorming. Een mensgerichte benadering kan helpen om ter sprake te brengen wat als goed en zinvol wordt ervaren. PB - [s.l.] : s.n. TI - From sharing to caring: Een zorgethisch onderzoek naar de ervaringen van stellen met vruchtbaarheidsproblemen met betrekking tot eigen regievoering in de spreekkamer van de arts L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3723/Masterscriptie_ZEB-70_JannaSmulders_1022199_pdf.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Vruggink, B. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3584 AB - Voor deze masterthesis is een kwalitatief onderzoek verricht naar de waarden van revalidatieverpleegkundigen met betrekking tot goede zorg en naar de wijze waarop moral distress en moral resilience zich bij hen manifesteren, wanneer deze waarden in het gedrang komen. Aan het onderzoek hebben 9 respondenten deelgenomen. Er zijn 7 interviews en 3 participerende observaties uitgevoerd binnen revalidatiecentrum Reade in Amsterdam. Voorafgaand aan de interviews hebben de respondenten kwalitatieve vragenlijsten ingevuld, die bij het interview zijn betrokken. Daarnaast is bij enkele interviewvragen gebruik gemaakt van symbolische kaartjes, die door de respondenten moesten worden aangewezen. Uit het onderzoek is gebleken dat zeven waarden voor revalidatieverpleegkundigen van belang zijn: zelfontplooiing, welzijn, gelijkwaardigheid, verbinding, aandacht, collegialiteit en eigen regie. Moral distress manifesteert zich bij hen in drie soorten situaties: ten eerste bij situaties met tegenstrijdige waarden, waarbij er een spanningsveld bestaat tussen de waarden zelfontplooiing en/of welzijn enerzijds en eigen regie anderzijds. Ten tweede bij situaties die worden veroorzaakt door de hoge werkdruk en de personeelssituatie op de werkvloer. Ten derde bij situaties die te maken hebben met de organisatie van het zorgsysteem. Gevoelens van machteloosheid waren de meest voorkomende vorm van moral distress. Om om te gaan met hun moral distress maken de revalidatieverpleegkundigen gebruik van vijf groepen strategieën van moral resilience: sociale steun, zelfregulerende capaciteiten, het gebruik van organisatiestructuren, betekenisgeving en proactief optreden. Daarnaast is er ook een disfunctionele groep strategieën aangetroffen in de data. PB - [s.l.] : s.n. TI - “En die sok… dat doe ik”. Een kwalitatieve studie naar de moral distress en moral resilience van revalidatieverpleegkundigen bij het praktiseren van hun waarden met betrekking tot goede zorg. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3584/ScriptieBenVruggink.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Baas, T. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3585 AB - Een centraal element in humanistisch geestelijk raadswerk is de verbinding tussen de geestelijk begeleider en de cliënt. Deze verbinding is gebaseerd op de therapeutische relatie uit de rogeriaanse methodiek, bestaande uit congruentie, onvoorwaardelijke acceptatie en empathie. Ondanks de grote rol van lichamelijke interactie in het tot stand brengen van verbinding tussen begeleider en cliënt, ontbreekt een theoretische uitwerking van de toepassing van lichamelijkheid binnen geestelijk raadswerk. Deze thesis onderzoekt aan de hand van partnerdans – een vorm van contact gebaseerd op lichamelijke interactie – de mogelijkheden met betrekking tot de inzet van lichamelijke interactie voor het bewerkstelligen van verbinding in geestelijke begeleiding. Dit kwalitatieve, exploratieve onderzoek tracht middels negen diepteinterviews en zes participerende observaties binnen de setting van een danspaleis inzicht te vergaren in de lichamelijke invulling van de rogeriaanse kernaspecten van verbinding. De onderzoeksvraag is: Welke rol speelt lichamelijke interactie in het tot stand komen van verbinding in partnerdans? De resultaten laten zien dat congruentie, onvoorwaardelijke acceptatie en empathie in partnerdans een lichamelijke invulling kennen, die geestelijk begeleiders handvatten kan bieden voor het inzetten van lichamelijke interactie in contact met cliënten. Lichamelijke congruentie bestaat uit lijfelijke reflectie: hoe reageert het eigen lichaam op wat er gebeurt? En lukt het om daar trouw aan te blijven? Lichamelijke onvoorwaardelijk acceptatie gaat over fysieke nabijheid, ongeacht hoe iemand ruikt, beweegt, eruit ziet of mentaal functioneert. De lichamelijke invulling van empathie bestaat uit lichamelijke volgzaamheid: het inleven in en aansluiten bij de belevingswereld van de ander, door diens lichamelijke signalen af te lezen en daar fysiek dan wel verbaal op af te stemmen. Non-verbale afstemming bestaat hoofdzakelijk uit het overnemen van de bewegingen (spiegelen) en aanraking. Het inleven in de ander vergt moed en (zintuigelijke) inspanning. In het maken van verbinding wisselen leiden (een directieve houding) en volgen (een non-directieve houding) elkaar af. Een focus op de lichamelijke mogelijkheden van de ander kan eraan bijdragen dat iemand zich comfortabeler voelt in zijn eigen lichaam. PB - [s.l.] : s.n. TI - (Aan)raken. De rol van lichamelijke interactie in partnerdans: inzichten voor het bewerkstelligen van verbinding in geestelijke begeleiding. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3585/%28Aan%29raken_Masterthesis_Tanne_Baas_2019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Boksebeld, E. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3586 AB - Processen van globalisering, ontzuiling en liberalisering veranderen de participerende rol van burgers in de samenleving. Van oudsher is deelname aan verkiezingen een belangrijke formele vorm van publieke participatie. Omdat de samenleving heterogener geworden is en politieke representanten beslissingsmacht delen met andere actoren, staat de representatiefunctie van politici onder toenemende druk. Tegelijkertijd ontstaat er in de ontzuilde en geliberaliseerde samenleving ruimte voor nieuwe vormen van publieke participatie. Om in dit theoriegerichte onderzoek betekenis te geven aan de relatie tussen de representatieve democratie en de participatiesamenleving, zoek ik aanknopingspunten bij de filosoof John Dewey. In The Public and its Problems (1927/2010) beschrijft hij dat een representatieve democratie niet kan functioneren zonder een levendige participatiesamenleving, omdat de sociale contacten in een participatiesamenleving de basis vormen van nieuwe gedeelde referentiekaders en publieke belangen. Met behulp van een methode voor filosofische cultuurkritiek, ontwikkelt Dewey zijn ideeën over de democratische participatiesamenleving in kritische reacties en correcties op klassiek-liberale politieke theorieën en concepten. Als zodanig acht ik deze methode bruikbaar voor verder zoek naar democratische bestuursvormen in een globaliserende, ontzuilde en geliberaliseerde context. PB - [s.l.] : s.n. TI - Democratie en cultuurkritiek L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3586/Afstudeeronderzoek_Master_-_Boksebeld_-_80060.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Derkx, P.H.J.M. AU - Bos, P. AU - Laceulle, H. AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3532 AB - In this article, we introduce a general theory about meaning in life developed by our first author, and apply it to the context of ageing. The seven components of meaning distinguished by this theory – purpose, moral worth, selfworth, control, coherence, excitement and connectedness – are discussed in turn. After presenting the theory, we confront the seven components with extensive life narratives of two older men – in a first empirical qualitative exploration of how meaning dimensions appear in the life experiences of older people. This dialogue between theory and narrative is used to provide concretisation and clarification of the seven components, thereby enhancing the understanding of the theory, while at the same time suggesting possible refinements and directions for future exploration of meaning in life in the context of ageing. Keywords: meaning in life, life course, narrative, lived experience, older people, ageing well. TI - Meaning in life and the experience of older people. SN - 1652-8670 JF - International Journal of Ageing and Later Life N1 - 19 -2 06-1 PS - 30 p. DO - http://dx.doi.org/10.3384/ijal.1652-8670.19467 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3532/1468-Manuscript%20Text-4351-1-10-20191206.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Schoone, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3587 AB - Deze thesis heeft als focus om te onderzoeken hoe de uitgangspunten van seksuele vorming vanuit existentieel perspectief zich verhouden tot de kenmerken van onderwijs in seksuele vorming zoals beschreven in beleid en recente onderzoeken. Het landschap waarbinnen seksuele vorming wordt gegeven op middelbare scholen is onderzocht middels een documentanalyse van beleidstukken en recente onderzoeken betreffende de beleefde ervaring van seksualiteit, romantische relaties en seksuele en relationele vorming door jongeren. Daarnaast is het existentieel perspectief op onderwijs en seksualiteit onderzocht middels een theoretisch onderzoek. Hieruit kwam naar voren dat de uitgangspunten van existentieel onderwijs, met name het werk van Biesta en Noddings, een bijdrage kunnen leveren. Hetzelfde geldt voor de basisaannames en terugkerende thema’s vanuit existentieel therapeutisch perspectief. Ervaringen van seksualiteit en relaties kunnen dan ook worden geplaatst binnen een groter existentieel kader zoals de ultimate concerns en existentiële thema's als 1) relationaliteit, 2) in-de-wereld-zijnde en 3) identiteit en keuzevrijheid. De keuze voor een existentieel perspectief in onderwijs bevordert een authentieke identiteitsvorming, inclusief een authentieke relationele en seksuele vorming, die zowel respectvol gedrag naar anderen als weerbaarheid aanmoedigt. Op die manier draagt het onderwijs concreet bij aan een sociaal klimaat waarbinnen diversiteit de normaalste zaak van de wereld is. PB - [s.l.] : s.n. TI - Sexistentie. Een existentieel perspectief op seksuele vorming. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3587/Sexistentie%20J%20Schoone.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Spekschoor, E.. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3583 AB - Although the world we live in is changing, few qualitative studies have been done of its effects on the transition into adulthood for young people, also called emerging adults. Nor is there much insight in how emerging adults cope with its effects. The aim of the present study therefore was to explore the experience of emerging adults with existential anxiety, together with their ritualized acting, when transitioning into adulthood against the backdrop of a changing world. Interviews with ten respondents aged 20-29 were analysed via qualitative content analysis. ‘To suffer and celebrate’ emerged as a common theme and represents both the sometimes distressing experience of existential anxiety and the ritualized acting as way of coping, or celebrating, during the transition into adulthood. The theme contains the most prominent existential anxiety concerns, such as Performance Anxiety, Loneliness, Disruption of Grasp, General Anxiety and Lack of Validation, as well as examples of ritualized acting via three components: Intentions, Activity and Outcome. The findings show that the ritualized acting of the respondents has the potential to reduce anxiety, give a sense of control and enhance feelings of meaning. It is further discovered that the respondents are open to ritualizing to help mark, transition into or celebrate adulthood. The respondents’ suggestion that the concept of the 21 dinner can be an effective celebration is discussed, but not before the seriousness of experiencing existential anxiety is emphasized. Further research is suggested, such as an innovative approach to develop and evaluate ritual designs for the emerging adult, to help them cope with suffering and celebrating their transition into adulthood. PB - [s.l.] : s.n. TI - To suffer and celebrate emerging adulthood. An explorative research on the ritualization of the transition into adulthood among emerging adults with existential anxiety. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3583/To%20suffer%20and%20celebrate%20-%20ES.docx?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3525 PB - [s.l.] : Nu.nl TI - "Zo kun jij je oudere buur een handje helpen zonder bemoeizuchtig te zijn" N1 - 15 februari 2019 ER - TY - GEN AU - Otter, D. den PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3613 AB - Hoewel vorming en scholing als één van de kerntaken van een geestelijk verzorger (GV’er) beschouwd wordt, is er gebrek aan wetenschappelijke literatuur en vakpublicaties die ingaan op beoogde doelen van vormingsonderwijs door GV’ers. Dit verkennend onderzoek biedt inzicht in de verhouding tussen de doelen van vormingsonderwijs aan professionals volgens GV’ers en doelen van vormingsonderwijs zoals beschreven in de morele filosofie, morele psychologie, theoretische pedagogiek en godsdienstpedagogiek. Het empirische gedeelte van het onderzoek richt zich in het bijzonder op humanistisch geestelijk verzorgers (HGV’ers) werkzaam bij Defensie in Nederland. Analyse van de negen diepte-interviews wees uit dat een deel van de HGV’ers moeite blijkt te hebben met het begrip ‘vorming’ en dat zij een spanning ervaren tussen het beeld dat zij hebben van het docentschap en dat van het ambt van GV. Door GV’ers werden beoogde doelen van vormingsonderwijs genoemd met betrekking tot het individu en met betrekking tot het individu in relatie tot de ander(en). Deze doelen zijn onderverdeeld in vier hoofdthema’s en onderliggende subthema’s: doelen met betrekking tot: reflecteren en bewust worden, kracht van de mens, vaardigheden en de relatie. Vervolgens zijn in het theoretische gedeelte van het onderzoek beoogde doelen vanuit een humanistisch-, inclusief levensbeschouwelijk- en intercultureel en democratisch perspectief op vorming geïdentificeerd. Analyse van overeenkomsten en verschillen tussen beoogde doelen volgens HGV’ers en de bestudeerde auteurs wees uit dat GV’ers, net als de auteurs, met name doelen beschrijven die gaan over: reflecteren op zichzelf, in relatie tot anderen of maatschappelijke thema’s en met betrekking op de relatie. Een eerste opvallend verschil betrof dat er in de diepte-interviews veel nadruk wordt gelegd op subdoelen die gaan over het verhouden van iemand tot zichzelf in een bepaalde rol in de militaire context. In deze literatuurstudie zijn hier geen doelen over gevonden. Een tweede verschil betrof dat in bestudeerde literatuur meer doelen met betrekking tot het ontwikkelen van een actief en betrokken burgerschapshouding beschreven worden, deze vormingsdoelen werden niet door de GV’ers genoemd. Ten derde valt op dat door GV’ers verschillende doelen met betrekking tot groepsdynamica en het versterken van de groepsband worden genoemd. In de bestudeerde artikelen zijn deze doelen niet teruggevonden. Tenslotte is er in relevante literatuur een breder spectrum van vormingsdoelen te vinden op het gebied van ‘de kracht van de mens’, dan dat er door HGV’ers wordt benoemd. De gevonden verschillen bieden diverse aanknopingspunten voor vervolgonderzoek op het snijvlak van GV en educatie. PB - [s.l.] : s.n. TI - Oh ja, wie ben ik? Een empirische verkenning van visies van humanistisch geestelijk verzorgers op vormingsonderwijs. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3613/Afstudeeronderzoek%20Dian%20den%20Otter%201015281.docx?sequence=1 ER - TY - THES AU - Peetoom, T.N. PY - 2019 SN - 9789463012256 UR - https://hdl.handle.net/11439/3332 PB - De Haag : Eburon TI - Herbergzame zorg organiseren. Verbeelden, herontwerpen en verdiepen op plekken der moeite N1 - UvH Universiteit voor Humanistiek, 22 januari 2019 N1 - Promotor : Kunneman, H.P. Co-promotor : Weille, K.L. PS - 365 p. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3332/Peetoom%20proefschrift%20def%20herberzame_zorg_organiseren.pdf?sequence=1 ER - TY - THES AU - Diemel, M.C.H.L. PY - 2019 SN - 9789056814762 UR - https://hdl.handle.net/11439/3360 TI - Kwintessens in het handelen van leraren. Een onderzoek naar pedagogische sensitiviteit in het onderwijs N1 - UvH Universiteit voor Humanistiek, 11 maart 2019 N1 - Promotor : Veugelers, W.M.M.H. Co-promotores : Jacobs, G.C., Swet, J. van PS - 288 p. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3360/Proefschrift%20Karin%20Diemel.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3362 TI - Het humanisme ten einde? EP - 63 SN - 0168-9959 IS - iss. 1 SP - 53 JF - Tijdschrift voor Theologie VL - vol. 59 PS - 11 p. DO - http://dx.doi.org/10.2143/TvT.59.1.3285794 ER - TY - JOUR AU - Rooijen, M. van AU - Lensvelt-Mulders, G.J.L.M. AU - Wyver, S. AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3363 TI - Professional attitudes towards children’s risk-taking in play: insights into influencing factors in Dutch contexts SN - 1472-9679 JF - Journal of Adventure Education and Outdoor Learning DO - http://dx.doi.org/10.1080/14729679.2019.1568893 ER - TY - JOUR AU - Manninen, N. AU - Kuusisto, E.P. AU - Tirri, K. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3364 TI - Finnish social services students’ perceptions of purpose and helping unknown others EP - 13 SN - 2051-5804 IS - iss. 1 SP - 1 JF - International Journal of Social Pedagogy VL - vol. 8 PS - 13 p. DO - http://dx.doi.org/10.14324/111.444.ijsp.2019.v8.1.001 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3364/IJSP_Manninen%2cKuusisto%2cTirri_2019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Weele, S. van der PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3365 PB - [s.l.] : Sociale Vraagstukken TI - Afhankelijkheid hoort er in de gehandicaptenzorg gewoon bij N1 - 22 februari 2019 ER - TY - MGZN AU - Weele, S. van der AU - Bredewold, F.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3366 TI - De zorgverlener moet meer zijn dan een voorbijganger IS - iss. 22 januari 2019 JF - Trouw N1 - 22 januari 2019 ER - TY - JOUR AU - Damen, A. AU - Schuhmann, C.M. AU - Lensvelt-Mulders, G.J.L.M. AU - Leget, C.J.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3367 TI - Research priorities for health care chaplaincy in The Netherlands - A Delphi study among Dutch chaplains SN - 0885-4726 JF - Journal of Health Care Chaplaincy DO - http://dx.doi.org/10.1080/08854726.2018.1473833 ER - TY - JOUR AU - Kampen, T. AU - Veldboer, L. AU - Kleinhans, R. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3368 TI - The Obligation to Volunteer as Fair Reciprocity? Welfare Recipients’ Perceptions of Giving Back to Society EP - 11 SN - 0957-8765 SP - 1 JF - Voluntas: International Journal of Voluntary and Nonprofit Organizations N1 - 19 -2 18-0 ER - TY - BOOK AU - Weele, S. van der AU - Bredewold, F.H. AU - Grootegoed, E.M. AU - Trappenburg, M.J. AU - Tonkens, E.H. PY - 2019 SN - 9789077024898 UR - https://hdl.handle.net/11439/3369 PB - Utrecht : Uitgeverij de Graaff TI - Zorgen als Ambacht: afstemmen op afhankelijkheid van mensen met een beperking PS - 160 p. ER - TY - CHAP AU - Puusepp, I. AU - Tammi, T. AU - Huotilainen, M. AU - Kujala, T. AU - Kuusisto, E.P. AU - Laine, S. AU - Tirri, K. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3370 PB - London : InTechOpen TI - Mindsets and failure: Neural differences in reactions to mistakes among 2nd grade Finnish girls EP - 12 SP - 1 CT - Palermo, S. (ed.), Behavioral Neuroscience ER - TY - JOUR AU - Wijngaarden, E.J. van AU - Alma, M. AU - The, A.M.T. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3371 TI - 'The eyes of others’ are what really matters: The experience of living with dementia from an insider perspective EP - 23 SN - 1932-6203 SP - 1 JF - PLoS One N1 - 19 -2 03-0 DO - http://dx.doi.org/10.1371/journal.pone.0214724 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3371/The%20eyes%20of%20others%20are%20what%20really%20matters.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Lely, J.C.G. AU - Smid, G.E. AU - Jongedijk, R.A. AU - Knipscheer, J.W. AU - Kleber, R.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3372 TI - The effectiveness of narrative exposure therapy: a review, meta-analysis and meta-regression analysis SN - 2000-8066 JF - European Journal of Psychotraumatology VL - vol. 10 N1 - 19 -2 25-0 PS - 13 p. DO - http://dx.doi.org/10.1080/20008198.2018.1550344 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3372/Lely%202019%20The%20effectiveness%20of%20narrative%20exposure%20therapy%20a%20review%20meta%20analysis%20and%20meta%20regression%20analysis.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Duppen, D. AU - Machielse, J.E.M. AU - Verte, D. AU - Dury, S. AU - Donder, L. den PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3373 TI - Meaning in life for socially frail older adults. EP - 77 SN - 0737-0016 SP - 65 JF - Journal of Community Health Nursing VL - vol. 36 DO - http://dx.doi.org/10.1080/07370016.2019.1582160 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3373/Meaning%20in%20Life%20for%20Socially%20Frail%20Older%20Adults.pdf?sequence=1 ER - TY - CHAP AU - Duyndam, J. AU - Dongen, W. van PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3375 PB - Antwerpen-Apeldoorn : Garant TI - Een humanisitische visie op kinderrechten EP - 282 SN - 9789044136654 SP - 265 CT - Graaf, J.H. de (ed.), Kind en recht in filosofie, levensbeschouwing en verhalen ER - TY - CHAP AU - Schuhmann, C.M. AU - Knibbe, Robin PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3376 PB - London : Routledge TI - Orientation, Disorientation, and Reorientation in the Context of Plural Moralities: Experiences of an LGBT Refugee Arriving in the Netherlands EP - 290 SN - 9781138489417 SP - 271 CT - Alma, H.;Avest, I. ter (ed.), Moral and Spiritual Leadership in an Age of Plural Moralities ER - TY - JOUR AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3377 TI - Vrijwillige inzet bij eenzame ouderen. Verwachtingen, grenzen en voorwaarden. EP - 102 SN - 2214-3149 SP - 93 JF - Waardenwerk VL - vol. 76 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3377/2019%20Waardenwerk_Vrijwillige%20inzet%20bij%20eenzame%20ouderen.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Damen, A. AU - Schuhmann, C.M. AU - Leget, C.J.W. AU - Fitchett, G. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3378 TI - Can Outcome Research Respect the Integrity of Chaplaincy? A Review of Outcome Studies SN - 0885-4726 JF - Journal of Health Care Chaplaincy N1 - 19 -2 24-0 DO - http://dx.doi.org/10.1080/08854726.2019.1599258 ER - TY - JOUR AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3379 TI - Humanisme, Humaniteit, en Harari EP - 35 SN - 2214-3149 SP - 26 JF - Waardenwerk VL - vol. 76 N1 - 19 -2 30-0 PS - 10 p. ER - TY - JOUR AU - Duijs, S. AU - Baur, V.E. AU - Abma, T.A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3380 TI - Why action needs compassion: creating space for experiences of powerlessness and suffering in participatory action research SN - 1476 7503 JF - Action Research N1 - 19 -2 07-0 DO - http://dx.doi.org/10.1177%2F1476750319844577 ER - TY - MGZN AU - Schmidt, J. AU - Tonkens, E.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3381 TI - Wijkteams voorkomen dat mensen zich een monster voelen IS - iss. 2 februari 2019 JF - NRC Handelsblad & NRC Next N1 - 2 februari 2019 ER - TY - CHAP AU - Kampen, T. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3382 PB - Amsterdam : Van Gennep TI - De Focus op het Leven. Mensbeelden in Beleid rond Zorg en Welzijn SN - 9789461645005 CT - Kampen, T.G. (ed.), De Mens Centraal, Geen Probleem? Dilemma's voor Professionals in Zorg en Welzijn. ER - TY - CHAP AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3383 PB - Delft : Eburon TI - De H van HGV: regie over betekenis EP - 31 SN - 9789463012454 SP - 15 CT - Duyndam, J.;Frank, J. (ed.), Wegwijs in levensvragen. Over humanistisch geestelijke verzorging ER - TY - BOOK AU - Kampen, T. PY - 2019 SN - 9789461645005 UR - https://hdl.handle.net/11439/3384 PB - Amsterdam : Van Gennep TI - De Mens Centraal, Geen Probleem? Dilemma's voor Professionals in Zorg en Welzijn. PS - 304 p. ER - TY - CHAP AU - Kampen, T. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3385 PB - Amsterdam : Van Gennep TI - Hoofdzaak, Holisme en Humaniteit. Conclusie: De Betekenis van de Mens Centraal in Zorg en Welzijn SN - 9789461645005 CT - Kampen, T.G. (ed.), De Mens Centraal, Geen Probleem? Dilemma's voor Professionals in Zorg en Welzijn. ER - TY - CHAP AU - Kampen, T. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3386 PB - Amsterdam : Van Gennep TI - Inleiding: De Mens Centraal, Geen Probleem. SN - 9789461645005 CT - Kampen, T.G. (ed.), De Mens Centraal, Geen Probleem? Dilemma's voor Professionals in Zorg en Welzijn. ER - TY - CHAP AU - Fitchett, G. AU - Damen, A. AU - Holmes, C. AU - Kestenbaum, A. AU - Nolan, S PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3387 PB - Switzerland : Springer TI - Spiritual Care: The Role of Health Care Chaplaincy SN - 9783030212209 CT - Peres, M.F.P;Lucchetti, G.;Damiano, R.F. (ed.), Spirituality, Religiousness and Health: From Research to Clinical Practice ER - TY - BOOK AU - Duyndam, J. AU - Frank, Jahmilla PY - 2019 SN - 9789463012454 UR - https://hdl.handle.net/11439/3388 PB - Delft : Eburon TI - Wegwijs in levensvragen. Over humanistisch geestelijke verzorging ER - TY - JOUR AU - Meester- van Laar, A. AU - Bertram-Troost, G. AU - Hoogland, J. AU - Ruyter, D.J. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3389 TI - What’s the problem? Investigation of Dutch policy statements in search of causes of stagnating citizenship education JF - Education, Citizenship and Social Justice N1 - 19 -2 19-0 DO - http://dx.doi.org/10.1177%2F1746197919833373 ER - TY - JOUR AU - Meulen, A. van der AU - Ruyter, D.J. de AU - Blokland, A. AU - Krabbendam, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3390 TI - Cross-Cultural Mental State Reading Ability in Antillean Dutch, Moroccan Dutch, and Dutch Young Adults EP - 440 SN - 0022-0221 IS - iss. 3 SP - 419 JF - Journal of Cross-cultural Psychology VL - vol. 50 DO - http://dx.doi.org/10.1177/0022022118823283 ER - TY - JOUR AU - Wolbert, L.S. AU - Ruyter, D.J. de AU - Schinkel, A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3392 TI - What kind of theory should theory on education for human flourishing be? EP - 39 SN - 0007-1005 IS - iss. 1 SP - 25 JF - British Journal of Educational Studies VL - vol. 67 ER - TY - CHAP AU - Kate, L. AU - Houweling, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3393 PB - Utrecht : KokBoekencentrum TI - Is vrijheid altijd blijheid? Inleiding EP - 18 SN - 9789043529419 SP - 9 CT - Houweling, W.;Kate, ten, L. (ed.), Is vrijheid altijd blijheid? Vrijzinnige vragen over de vanzelfsprekendheid van onze tijd ER - TY - CHAP AU - Kate, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3394 PB - Utrecht : KokBoekencentrum TI - Over een toverwoordje van onze tijd EP - 36 SN - 9789043529419 SP - 24 CT - Houweling, W.;Kate, ten, L. (ed.), Is vrijheid altijd blijheid? Vrijzinnige vragen over de vanzelfsprekendheid van onze tijd ER - TY - CHAP AU - Kate, L. AU - Bos, R. ten PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3395 PB - Utrecht : KokBoekencentrum TI - Vrijheid en verbinding - Het dilemma van onze tijd EP - 103 SN - 9789043529419 SP - 95 CT - Houweling, W.;Kate, ten, L. (ed.), Is vrijheid altijd blijheid? Vrijzinnige vragen over de vanzelfsprekendheid van onze tijd ER - TY - CHAP AU - Kate, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3396 PB - Utrecht : KokBoekencentrum TI - Waarom is vrijheid vreemd? - Een filosofische verdieping EP - 57 SN - 9789043529419 SP - 37 CT - Houweling, W. (ed.), Is vrijheid altijd blijheid? Vrijzinnige vragen over de vanzelfsprekendheid van onze tijd ER - TY - GEN AU - Ruyter, D.J. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3397 PB - Utrecht : Universiteit voor Humanistiek TI - De betekenis van educatie. Over de bijdrage aan menselijk floreren in een diverse samenleving N1 - 28 mei 2019 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3397/Ruyter%20de%20Doret-2019-%20De%20betekenis%20van%20educatie.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Schuhmann, C.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3398 TI - Book review: Savage, Non-religious pastoral care N1 - Bespreking van: David Savage,Non-religious pastoral care london:Routledge ,2018 ER - TY - GEN AU - Aussems, Karijn PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3505 PB - [s.l.] : s.n. TI - De (waan) zin van wederkerigheid. Een participatief actieonderzoek naar het belang en de betekenis van wederkerigheid bezien in het licht van goede zorg voor mensen met een licht verstandelijke beperking. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3505/Masterthesis%20Wederkerigheid%20Karijn%20Aussems%202019.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Boer, Merel PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3457 AB - Binnen humanistisch geestelijke verzorging vanuit een narratieve insteek staat de begeleiding van de cliënt bij het vertellen van biografische verhalen centraal. In deze verhalen wordt gezocht naar samenhang en een (her)oriëntatie op dat wat voor de cliënt van wezenlijk belang is in het leven. Hoewel er binnen deze begeleiding drie centrale processen te onderscheiden zijn waar de geestelijk verzorger zich op richt (de (her)oriëntatie op wat van waarde is, het openen van nieuwe perspectieven en het zoeken naar samenhang), bestaat er geen methodiek die het werk met biografische verhalen voor de humanistisch geestelijk verzorger theoretisch kan onderbouwen en handvatten biedt voor het maken van keuzes in deze professionele praktijk. Dit onderzoek begint met een theoretische verkenning van de verbinding tussen biografische verhalen, identiteit en zingeving. Vervolgens biedt het onderzoek een eerste exploratie voor de ontwikkeling van een biografische methodiek voor humanistisch geestelijke verzorging. Hierbij worden de narratieve therapie en life review als mogelijke inspiratiebronnen gebruikt, omdat beide methodieken vanuit het biografische verhaal werken, gericht op zingeving. Daarbij sluiten beiden aan bij een of meer van de drie genoemde processen die centraal staan in de narratieve benadering van humanistisch geestelijke verzorging. In de narratieve therapie is dit de (her)oriëntatie en het openen van nieuwe perspectieven en bij de life review staat het creëren van samenhang in het verhaal centraal. Om te onderzoeken of de achtergrond van de narratieve therapie en life review wel voldoende verenigbaar is met die van de humanistisch geestelijk verzorging, worden in dit onderzoek de verhoudingen tussen het achterliggende theoretische referentiekader, de doelstellingen en het contract dat begeleider en cliënt met elkaar aangaan met elkaar vergeleken. Hieruit blijkt dat zowel de narratieve therapie als de life review overeenkomsten, maar ook botsingen vertoont met betrekking tot de achtergrond van de humanistisch geestelijke verzorging. Bij de uiteindelijke ontwikkeling van een biografische methodiek zal met deze overeenkomsten en verschillen rekening moeten worden gehouden. Met deze uitkomst in gedachten worden er in dit onderzoek een aantal methodische elementen uit de narratieve therapie en de life review benoemd die ter inspiratie kunnen worden gebruikt. Deze methodische elementen spelen elk in op een of meer van de drie centrale processen van humanistisch geestelijke verzorging vanuit een narratieve insteek en kunnen helpen om de methode voor deze processen in een methodiek te verhelderen. PB - [s.l.] : s.n. TI - Biografische verhalen als bron van zingeving. Op weg naar een biografische methodiek voor Humanistisch Geestelijke Verzorging. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3457/Scriptie%20M%20Boer%20%28met%20bijlagen%29.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Alkema, Judy PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3504 AB - In voorliggende thesis is vanuit zorgethisch perspectief een antwoord gegeven op de vraag naar de waarde van het huishouden in relatie tot goede zorg voor dementerende bewoners in het verpleeghuis gezien door de ogen van betrokkenen. Als goede huishoudelijke zorg beoogt wordt, dan blijkt het praktische huishoudelijke werk niet los te zien van de bereidheid om af te stemmen op de personen in de omgeving. De waarde van het doen van het huishouden schuilt in het bieden van een betekenisvol leven, structuur, het ervaren van huiselijkheid en zintuiglijke ervaringen. De afgestemde wijze kan uiteengerafeld worden in de ingrediënten aansluiten, aandacht, relationeel werk en tijd. Het goede huishouden wordt gedragen door medewerkers huishouding die de ruimte krijgen en nemen om de identiteit van afgestemde huishoudelijke zorgverlener aan te nemen met behoud van vaktechnische kwaliteit. Alle betrokkenen zitten aan tafel om verantwoordelijkheden te verdelen met betrekking tot taken maar ook kennis van bewoners om zo goed mogelijk te kunnen afstemmen. Om ruimte te maken voor een goed huishouden wordt geadviseerd het huishouden als moreel geladen praktijk te zien, derhalve morele leerprocessen te ondersteunen, weerbarstigheid toe te laten en dialogisch verantwoordelijkheden te verdelen. PB - [s.l.] : s.n. TI - Het goede huishouden. Zorgethisch onderzoek naar de waarde van het huishouden in relatie tot goede zorg in het verpleeghuis gezien door de ogen van de betrokkenen . L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3504/Afstudeerthesis%20ZEB%2070%20Judy%20Alkema%20DEF%20v2.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Mulder, F.M.H PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3734 AB - In het huidige maatschappelijke en wetenschappelijke debat is sprake van tegenstrijdig gedachtengoed ten aanzien van de juiste houding van artsen jegens patiënten, specifiek in het kader van het leveren van zorg aan hen die gaan sterven. Als antwoord hierop wordt in de literatuur besproken dat een arts voor het leveren van goede zorg zowel de rol van gedistantieerde medisch deskundige alsook de rol van betrokken empathische communicator moet kunnen aannemen. Hiertussen dient een arts flexibel te balanceren door kundig om te gaan met eigen emoties alsook die van de patiënt/naasten (emotionele intelligentie). De rationale van dit onderzoek was om inzicht te bieden in hoe artsen deze verschillende rollen van gedistantieerde en betrokken zorgverlener ervaren, evenals hoe zij de omgang met hun eigen emoties en die van een ander ervaren. Dit is onderzocht binnen het grotere kader van de geleefde ervaring van artsen ten aanzien van gespreksvoering over de laatste levensfase en het levenseinde, aan de hand van acht interviews met artsen die deels middels fenomenologische data-analyse en deels middels kwalitatieve thematische data-analyse geanalyseerd zijn. Uit de bevindingen blijkt dat de geleefde ervaring van de participanten wordt gekenmerkt door het ‘gevoel van onderdeel te mogen zijn van een intiem proces tussen mensen dat zich kenmerkt door de confrontatie met kwetsbaarheid, waarbij bij het vormgeven van het zorg- en sterfproces ook gevoelens van onmacht en onzekerheid kunnen opspelen, evenals een strijd van meerstemmigheid.’ In het kader van goede zorg, bespreekt dit onderzoek dat deze meerstemmigheid inherent is aan het leveren van zorg waarbij zorgverlener en zorgontvanger(s) samen vorm geven aan een zorgproces. Daarnaast beschrijft dit onderzoek hoe ruimte bij het vormgeven van het zorgproces op verschillende manieren een essentiële rol lijkt te spelen, in het bijzonder voor de manier waarop de participanten emoties en de dynamiek tussen betrokkenheid en distantie ervaren. Hierbij lijkt ruimte voor emoties nauw verbonden te zijn met de acceptatie van zorgontvangers van de naderende dood: acceptatie creëert ruimte voor emotie en versterkt de betrokkenheid van de participant; het niet accepteren beperkt de ruimte en versterkt distantie. Daarnaast is de ruimte voor emoties verbonden met identificatie van de participant met de zorgontvangers: identificatie creëert ruimte voor emotie en confrontatie met kwetsbaarheid; het niet identificeren met ‘de ander’ beperkt deze ruimte en versterkt distantie. Voor het leveren van goede zorg in de laatste levensfase betekent dit dat zorgverleners bewust moeten omgaan met deze barrières die de ruimte voor emotie in het zorgproces inperken zodat het vormen van een emotionele band tussen zorgverlener en zorgontvanger, die juist voor goede zorg in de laatste levensfase zo belangrijk is, niet wordt belet. PB - [s.l.] : s.n. TI - Slotcouplet: Een zorgethische studie naar de geleefde ervaring van artsen ten aanzien van gespreksvoering met patiënten en hun naasten over de laatste levensfase en het levenseinde L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3734/Frederique%20Mulder%20Masterthesis.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Oomen, Elsbeth PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3502 AB - De aandacht voor de ontwikkeling bij jonge oncologieverpleegkundigen ligt met name op het technisch handelen en blijft het morele aspect onderbelicht. Er is weinig bekend over hoe de morele ontwikkeling van jonge oncologieverpleegkundigen eruit ziet. Dit is problematisch, omdat juist de zorgpraktijk van verplegen moreel is en morele kennis wordt opgedaan in de praktijk. Daarom is een zorgethisch onderzoek uitgevoerd door middel van Grounded Theory naar hoe jonge oncologieverpleegkundigen in het ziekenhuis hun visie op de morele dimensie in de kunst van verplegen vormen. De volgende morele dimensie is geconstrueerd: de verpleegkundige gaat een relatie aan met de mens achter de patiënt. Ze stelt zich open voor het verhaal van de patiënt waarbij ze opmerkzaam is voor wat op dat moment belangrijk is hem/haar. De verpleegkundige realiseert zich dat deze patiënt een individu is, die zich in een ziekenhuis bevindt dat is ingericht op de patiënten als collectief. Hierbij is de verpleegkundige zich bewust van haar verantwoordelijkheid voor de kwetsbare positie waarin de patiënt zich bevindt en houdt ze in deze complexe situatie het overzicht met en voor de patiënt. In het ontwikkelen van een visie op de morele dimensie spelen zowel de collega’s, patiënt als de verpleegkundige zelf een rol. Het is van belang dat er een taal wordt ontwikkeld om de morele dimensie van de kunst van het verplegen weer te geven. Hierbij gaan taal en praktijk samen op omdat (non)verbale taal betekenis krijgt in het verplegen en het verplegen een (non)verbale taal nodig heeft om deze betekenis te ontvouwen. PB - [s.l.] : s.n. TI - De kunst van het verplegen. Een zorgethisch onderzoek naar de ontwikkeling van een visie van jonge oncologieverpleegkundigen op de morele dimensie in de kunst van het verplegen. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3502/Masterthesis_Zorgethiek%26Beleid_Elzbeth_Oomen_1017373_2.0.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Vos, J. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3357 AB - Dit empirische onderzoek biedt inzicht in de daadwerkelijke aard en het effect van de verbale responsen van humanistisch raadslieden. Aanleiding is een gebrek aan empirisch onderzoek naar de werkwijze van raadslieden in het algemeen. De aandacht wordt hier geschonken aan de werkwijze van humanistisch raadslieden in ziekenhuizen. Hierbij gaat het om wát ze tijdens een gesprek met een cliënt ter sprake brengen, alsmede om de manier waarop ze dat doen. Om deze reden zijn geluidsopnamen van gesprekken geanalyseerd op basis van de conversatie-analyse. De werkwijze is allereerst vergeleken met de non-directieve benadering van Rogers; deze werkwijze zou door humanistisch raadslieden het meest worden omarmd. Daaropvolgend is hun werkwijze vergeleken met twee directieve benaderingen: de ‘focusing oriented approach’ van Gendlin en de narratieve benadering van Mooren. Het merendeel van de verbale responsen (73%) komt overeen met de non-directieve benadering van Rogers. Desondanks is de manier waarop deze verbale responsen worden aangewend meer troostend van aard. De 27% aan directieve verbale responsen komen het meest overeen met de narratieve benadering van Mooren. Het bleek vaak voldoende om de cliënt te ‘volgen’ en stiltes toe te laten; de cliënt deed dan als vanzelf zijn verhaal. Wanneer humanistisch raadslieden dat niet deden, leken ze daardoor het verhaal van de cliënt te onderbreken. Tevens kwam naar voren dat humanistisch raadslieden het soms moeilijk vinden om bij onvermogen, verdriet en pijn te blijven, waardoor ze het gesprek ‘over een andere boeg gooien’ of adviezen aandragen. Dat had een averechts effect. PB - [s.l.] : s.n. TI - Beroepstroosters. Een empirisch onderzoek naar de aard en het effect van de verbale responsen van humanistisch raadslieden. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3357/MT%2020190209.pdf?sequence=1 ER - TY - GEN AU - Krijnen, José PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3503 AB - Wachten wordt meestal gezien als een fenomeen dat indien mogelijk vermeden moet worden. Leidend was mijn vraag of wachten niet meer dan dat zou kunnen zijn. De bestudering van het werk van Hartmut Rosa (2013) en Lisa Baraitser (2017) leiden tot de conceptualisering van wachten als synchronisatie en een transformatieve antwoordrelatie. De betekenis hiervan voor goede zorg werd geanalyseerd in het licht van zorgethici Joan Tronto (1993; 2013) en Annelies Van Heijst (2005). De relatie tussen wachten en goede zorg is doordacht op vijf terreinen. Ten eerste de sociaal-politieke, economische context waarin tijd geld is. In de institutionele context zoals een ziekenhuis verliest men hierdoor het oorspronkelijke doel uit het oog. Ten tweede wordt dieper ingegaan op het mensbeeld waarin onevenredig afhankelijke en kwetsbare of volgens Van Heijst beter gezegd: behoeftige mensen, geen of weinig stem hebben. Daarnaast wordt er op collectief als op individueel niveau geen plek toegekend aan het lijden. Dit maakt wachten of verduren schaamtevol en onzichtbaar. Als derde punt wordt getoond hoe wachten machtsverhoudingen binnen een institutionele context bloot legt. Wie bepaalt hoe lang wie moet wachten? Ook wordt de vraag naar de realiteit van de onoplosbaarheid van wachten gesteld. Wachten kan ook een zorgpraktijk zijn als mogelijkheid tot synchronisatie. De heilzaamheid van tijd wordt als vierde item besproken. Als laatste wordt aandacht besteed aan de onontbeerlijkheid van de relatie tijdens het verduren van de tijd. Conclusie is dat wachten de cesuur kan zijn waardoor de rijm kan klinken. Wachten als synchronisatie is ook het bewust afzien van interventie door het nemen van verantwoordelijkheid. Wachten kan de niet-wordende temporaliteit van verduren zijn. Zorg kan dan kleine transformaties veroorzaken waardoor men zijn historisch sociaal gegroeide situatie kan transformeren. Wonderbaarlijk genoeg lijkt juist hier ‘iets nieuws’ te kunnen aanvangen PB - [s.l.] : s.n. TI - Wachten als zorgpraktijk. Een zorgethische conceptuele analyse naar de betekenis van wachten voor goede zorg . L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3503/Masterthesis%20ZEB-70%20Wachten%20als%20zorgpraktijk_J.Krijnen.pdf?sequence=1 ER - TY - CHAP AU - Holm, K. AU - Kuusisto, E.P. AU - Rissanen, I. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3411 PB - Münster : Waxmann TI - Intercultural and interreligious sensitivities in a Finnish educational context EP - 201 SN - 9783830940142 SP - 183 CT - Ubani, M.;Rissanen, I.;Poulter, S. (ed.), Contextualising secularisation, pluralism and dialogue. Case studies on Finnish educational policy and practice ER - TY - JOUR AU - Jorissen, G. AU - Schuhmann, C.M. AU - Pleizier, T. AU - Körver, S. AU - Walton, M.N. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3412 TI - Je kunt een mens uit de oorlog halen, maar de oorlog niet uit een mens SN - 0165-5411 JF - Handelingen: Tijdschrift voor Praktische Theologie en Religiewetenschap VL - vol. 2019/2 ER - TY - CHAP AU - Kuusisto, E.P. AU - Tirri, K. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3413 PB - Leiden : Brill-Sense TI - Teachers’ moral competence in pedagogical encounters EP - 183 SN - 9789004411944 SP - 166 CT - Veugelers, W. (ed.), Education for Democratic Intercultural Citizenship ER - TY - JOUR AU - Visse, M.A. AU - Hansen, F. AU - Leget, C.J.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3414 TI - The Unsayable in Arts-Based Research: on the praxis of life itself SN - 16094069 JF - International Journal Qualitative Methods N1 - 19 -2 06-0 DO - http://dx.doi.org/10.1177%2F1609406919851392 ER - TY - JOUR AU - Van der Meide, H. AU - Teunissen, T. AU - Visser, L.H. AU - Visse, M.A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3415 TI - Trapped in my lungs and fighting a losing battle. A phenomenological study of the lived experiences of people with COPD SN - 0283-9318 JF - Scandinavian Journal of Caring Sciences N1 - 19 -2 16-0 DO - http://dx.doi.org/10.1111/scs.12713 ER - TY - JOUR AU - Weele, S. van der PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3416 TI - Woekerende waanzin in Literatures of Madness EP - 67 SN - 0921-3961 IS - iss. 2 SP - 64 JF - Vooys VL - vol. 37 N1 - Bespreking van: E.J. Donaldson,Literatures of Madness: Disability Studies and Mental Health Cham:Palgrave MacMillan ,2018 978-3-319-92665-0 ER - TY - CONF AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3419 PB - [s.l.] : North American and European Networks in Aging studies, 28-31 May 2019 TI - Aging, Social Resilience and Community Change. Symposium. CT - Proceedings Trent Aging 2019, Take Back Aging: Power, Critique, Imagination ER - TY - MGZN AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3420 TI - Het humanisme en het toekomstbeeld van Harari EP - 25 IS - iss. 6 juli 2019 SP - 24 JF - Friesch Dagblad, weekendbijlage Wykein N1 - 6 juli 2019 ER - TY - CONF AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3421 PB - [s.l.] : IFOTES, Udine University TI - Loneliness and the need to belong. Societal aspects of loneliness. EP - 78 SP - 78 CT - Leaving Loneliness, Building Relationships. Udine (Italy), 3-7 July 2019. ER - TY - JOUR AU - Pickard, S. AU - Cluley, V. AU - Danely, J. AU - Laceulle, H. AU - Leon-Salas, J. AU - Vanhoutte, B. AU - Romero-Ortuno, R. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3422 TI - New horizons in frailty: the contingent, the existential and the clinical EP - 6 SN - 0002-0729 SP - 1 JF - Age and Ageing DO - http://dx.doi.org/10.1093/ageing/afz032 ER - TY - JOUR AU - Mastrigt, G.A.P.G. AU - Evers, S. AU - Heerings, M. AU - Visser, L.H. AU - Ruimschotel, R. AU - Hussaarts, A. AU - Duyverman, L. AU - Valkenburg-Vissers, J. AU - Cornelissen, J. AU - Bos, M. AU - Droffelaar, M. AU - Zande, A. van der AU - Jongen, P.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3423 TI - An economic evaluation attached to a single-centre, parallel group, unmasked, randomized controlled trial of a 3-day intensive social cognitive treatment (can do treatment) in patients with relapsing remitting multiple sclerosis and low disability EP - 980 SN - 1369-6998 SP - 967 JF - Journal of Medical Economics N1 - 19 -2 14-0 DO - http://dx.doi.org/10.1080/13696998.2019.1609300 ER - TY - JOUR AU - Hiele, K. van der AU - Gorp, van D.A.M. AU - Heerings, M. AU - Jongen, P.J. AU - Lieshout, I. AU - Klink, J.J.L. van der AU - Reneman, M.F. AU - Arnoldus, E.P.J. AU - Beenakker, E.A.C. AU - Bos, H.M. AU - Eijk, J.J.J. van AU - Fermont, J. AU - Frequin, S.T.F.M. AU - Geel, B. van AU - Hengstman, G.J.D. AU - Hoitsma, E. AU - Hupperts, R.M.M. AU - Moll, J.W.B. AU - Mostert, J.P. AU - Pop, P. AU - Verhagen, W. AU - Gans, K. de AU - Zemel, D. AU - Middelkoop, H.A.M. AU - Visser, L.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3424 TI - Caregiver strain among life partners of individuals with relapsing-remitting multiple sclerosis EP - 11 SN - 2211-0348 SP - 5 JF - Multiple Sclerosis and Related Disorders VL - vol. 31 N1 - 19 -2 06-0 DO - http://dx.doi.org/10.1016/j.msard.2019.03.005 ER - TY - JOUR AU - Gorp, van D.A.M. AU - Hiele, K. van der AU - Heerings, M. AU - Jongen, P.J. AU - Lieshout, I. AU - Klink, J.J.L. van der AU - Reneman, M.F. AU - Arnoldus, E.P.J. AU - Beenakker, E.A.C. AU - Bos, H.M. AU - Eijk, J.J.J. van AU - Fermont, J. AU - Frequin, S.T.F.M. AU - Gans, K. de AU - Geel, B. van AU - Hengstman, G.J.D. AU - Hoitsma, E. AU - Hupperts, R.M.M. AU - Moll, J.W.B. AU - Mostert, J.P. AU - Pop, P. AU - Verhagen, W. AU - Zemel, D. AU - Visser, L.H. AU - Middelkoop, H.A.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3425 TI - Cognitive functioning and employment status in relapsing remitting multiple sclerosis: a 2-year longitudinal study SN - 1590-1874 JF - Neurological Sciences N1 - 19 -2 19-0 ER - TY - JOUR AU - Reenen, E. van AU - Borg, W. van der AU - Visse, M.A. AU - Meide, H. van der AU - Visser, L.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3426 TI - Fear, fight, familiarize: the meaning of oral medication for people with relapsing-remitting multiple sclerosis SN - 1748-2623 JF - International Journal of Qualitative Studies on Health and well-being VL - vol. 14 N1 - 19 -2 07-0 DO - http://dx.doi.org/10.1080/17482631.2019.1648946 ER - TY - JOUR AU - Gorp, van D.A.M. AU - Hiele, K. van der AU - Middelkoop, H.A.M. AU - Visser, L.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3428 TI - The influence of objective and self-reported cognitive factors on work participation in patients with multiple sclerosis: a literature review EP - 29 SN - 2643-265X SP - 11 JF - Current Research in Neurology and Neurosurgery VL - vol. 2 ER - TY - JOUR AU - Visscher, A.J.E. AU - Tonkens, E.H. AU - Braam, A.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3429 AB - ACHTERGROND Verschillende maatregelen stimuleren strafrechtelijke vervolging van geweld en agressie tegen hulpverleners in de psychiatrie. Gezien de mogelijke toename van (intramurale) incidenten in de ggz via de schakelbepaling in de Wet Forensische Zorg (wfz) beschouwen wij dit als een wenselijke ontwikkeling. In de praktijk bestaan spanningen tussen ggz en justitie over de vraag of de nadruk op zorg of straf moet liggen in de afhandeling van ‘instellingsfeiten’. DOEL De overwegingen van rechters aangaande instellingsfeiten inzichtelijk maken, beschrijven welke obstakels strafoplegging naast een lopend zorgkader bemoeilijken en suggesties aandragen voor een optimale afstemming tussen straf en zorg. METHODE Een kwalitatieve thematische analyse op basis van semigestructureerde interviews met acht rechters. De gespreksonderwerpen werden gebaseerd op vooraf verricht literatuuronderzoek en bespreking van casuïstiek. RESULTATEN De meerderheid van de rechters vond het berechten van (intramurale) incidenten problematisch, vanwege de moeilijk te bepalen schulduitsluitingsgrond, vraagtekens rondom recidivevermindering en de impact op het slachtoffer. Rechters wilden voorkómen dat straf leidt tot discontinuïteit van zorg, waardoor het psychiatrisch toestandsbeeld mogelijk kan verergeren. Het om zou rechters vollediger moeten informeren. CONCLUSIE Straf kan een lopende (klinische) behandeling in de ggz ondersteunen. Met de komst van de ‘Bopzbrigades’ bij het om wordt de relevante informatie vanuit ggz, politie en om idealiter gebundeld aan rechters gepresenteerd via de strafeis, leidend tot een vonnis waarin straf en zorg elkaar optimaal aanvullen. TI - Reflecties op ‘instellingsfeiten’: hoe denken rechters over strafbare feiten gepleegd in de GGZ? EP - 543 SN - 0303-7339 IS - iss. 8 SP - 536 JF - Tijdschrift voor Psychiatrie VL - vol. 61 PS - 8 p. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3429/61-2019-8-artikel-visscher.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Braam, A.W. AU - Koenig, H.G. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3430 TI - Religion, spirituality and depression in prospective studies: a systematic review. EP - 438 SN - 0165-0327 SP - 428 JF - Journal of Affective Disorders VL - vol. 257 PS - 11 p. DO - http://dx.doi.org/10.1016/j.jad.2019.06063 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3430/Braam%26Koenig_2019_JAffDisorders_Religion%20spirituality%20and%20depression%20in%20prospective%20studies%20a%20systematic%20review.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3431 TI - Ken je mij? Een verhaal over eenzaamheid en verbondenheid. EP - 27 SP - 24 JF - Ouderlingen{blad} voor Pastoraat en Gemeenteopbouw VL - vol. 97 PS - 4 p. ER - TY - JOUR AU - Nistelrooij, A.A.M. van AU - Waal, R. van der PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3432 TI - Moederschap en geboorte: relationaliteit als alternatieve ethische benadering EP - 57 SN - 1572-0179 IS - iss. 2 SP - 53 JF - Tijdschrift voor Gezondheidszorg en Ethiek VL - vol. 29 PS - 4 p. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3432/TGE201902_P53-57_vNistelrooij_ea_Moederschap.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3433 TI - De cultus van het individu. Humanisme en de twee wetenschapsculturen EP - 280 SN - 1370-575X SP - 255 JF - Tijdschrift voor Filosofie VL - vol. 81 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3433/Machielse.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Saharso, S. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3434 TI - Who needs integration? Debating a central, yet increasingly contested concept in migration studies. SN - 2214-594X JF - Comparative Migration Studies N1 - 19 -2 01-0 DO - http://dx.doi.org/10.1186/s40878-019-0123-9 ER - TY - JOUR AU - Schaik, Elise van AU - Braam, A.W. AU - Anbeek, C.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3435 TI - De zorgboerderij als zingevende gemeenschap. Een case-study aan de hand van de zingevingsaspecten van Christa Anbeek. EP - 42 SN - 1567-3499 IS - iss. 93 SP - 32 JF - Tijdschrift Geestelijke Verzorging VL - vol. 22 ER - TY - JOUR AU - Sanderse, W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3436 TI - Does neo-Aristotelian character education maintain the educational status quo? Lessons from the 19th-Century Bildung tradition SN - 1744-9642 JF - Ethics & Education N1 - 19 -2 30-0 DO - http://dx.doi.org/10.1080/17449642.2019.1660456 ER - TY - JOUR AU - Coene, G. AU - Saharso, S. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3437 TI - Gender and cultural understandings in medical nonindicated interventions: A critical discussion of attitudes toward nontherapeutic male circumcision and hymen (re) construction. EP - 41 SN - 1477-7509 IS - iss. 1 SP - 33 JF - Clinical Ethics VL - vol. 14 DO - http://dx.doi.org/10.1177/1477750919836642 ER - TY - JOUR AU - Boelen, P.A. AU - Smid, G.E. AU - Mitima-Verloop, H. AU - De Keijser, J. AU - Lenferink, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3438 TI - Patterns, Predictors, and Prognostic Validity of Persistent Complex Bereavement Disorder Symptoms in Recently Bereaved Adults: A Latent Class Analysis SN - 0022-3018/19/00 JF - The Journal of Nervous and Mental Disease N1 - 19 -2 09-0 DO - http://dx.doi.org/10.1097/NMD.0000000000001053 ER - TY - JOUR AU - Roest, B. AU - Trappenburg, M.J. AU - Leget, C.J.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3439 TI - The involvement of family in the Dutch practice of euthanasia and physician assisted suicide: a systematic mixed studies review SN - 1472-6939 IS - iss. 23 JF - BMC Medical Ethics VL - vol. 20 ER - TY - JOUR AU - Vijlbrief, A. AU - Saharso, S. AU - Ghorashi, H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3440 TI - Transcending the gender binary: Gender non-binary young adults in Amsterdam. JF - Journal of LGBT Youth PS - 18 p. DO - http://dx.doi.org/10.1080/19361653.2019.1660295 ER - TY - JOUR AU - Goossensen, M.A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3441 TI - Understanding the Value of Volunteers in Hospice and Palliative Care: Language Matters IS - iss. 4 JF - Palliative Medicine & Care International Journal VL - vol. 2 N1 - 19 -2 21-0 ER - TY - JOUR AU - Steutel, J.W. AU - Ruyter, D.J. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3442 TI - Wat is opvoeding? EP - 77 SN - 1567-7109 IS - iss. 1 SP - 53 JF - Pedagogiek VL - vol. 39 ER - TY - BOOK AU - Goossensen, M.A. AU - Sakkers, M. PY - 2019 SN - 9783946527275 UR - https://hdl.handle.net/11439/3443 PB - Stuttgart : Hospiz Verlag TI - Darum mache ich es’ Erfahrungen von Ehrenamtlichen in der Palliative Care. PS - 104 p. ER - TY - RPRT AU - Eidhof, B.B.F. AU - De Lange, S.L. PY - 2019 SN - 9789059911178 UR - https://hdl.handle.net/11439/3445 PB - Den Haag : Raad voor het Openbaar Bestuur TI - Jong Geleerd, Oud Gedaan. Pleidooi voor experiment met het verlagen van de kiesgerechtigde leeftijd ER - TY - JOUR AU - Steen, A. AU - Berghuis, H. AU - Braam, A.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3446 TI - Lack of meaning, purpose and direction in life in personality disorder: A comparative quantitative approach using Livesley's General Assessment of Personality Disorder EP - 154 SN - 1932-863X IS - iss. 3 SP - 144 JF - Personality and Mental Health VL - vol. 13 PS - 11 p. DO - http://dx.doi.org/10.1002/pmh.1446 ER - TY - JOUR AU - Nistelrooij, A.A.M. van PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3447 TI - Leestafel EP - 60 SN - 1572-0179 IS - iss. 2 SP - 60 JF - Tijdschrift voor Gezondheidszorg en Ethiek VL - vol. 29 N1 - Bespreking van: H. Wildschut,Integrale geboortezorg. Samen bevalt goed Houten:Bohn Stafleu van Loghum ,2018 9789036822015 ER - TY - CHAP AU - Laceulle, H. AU - Swinnen, A.M.C. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3448 PB - Bielefeld : Transcript Verlag TI - One must take it as it comes: A virtue-ethical approach to the exemplary life practices of centenarians EP - 145 SN - 9783839443965 SP - 125 CT - Casado-Gual, N.;Dominguéz-Rué, E.;Oró-Piqueras, M. (ed.), Re-discovering Age(ing). Narratives of mentorship. ER - TY - JOUR AU - Simons, I. AU - Vaart, W. van der AU - Vermeiren, R. AU - Rigter, H. AU - Breuk, R. AU - Domburgh, L. van AU - Mulder, E. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3449 TI - Parental participation in juvenile justice institutions: parents’ perspectives on facilitating and hindering factors. EP - 124-137 SN - 1932-9903 IS - iss. 2 JF - International Journal of Forensic Mental Health VL - vol. 18 PS - 14 p. DO - http://dx.doi.org/10.1080/14999013.2018.1526231 ER - TY - JOUR AU - Ouwehand, E. AU - Braam, A.W. AU - Renes, J.W. AU - Muthert, J.K. AU - Stolp, H.A. AU - Garritsen, H.H. AU - Zock, T.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3450 TI - Prevalence of religious and spiritual experiences and the perceived lasting influence thereof in patients with bipolar disorder in a Dutch specialist out-patient center EP - 299 SN - 0022-3018 IS - iss. 4 SP - 291 JF - Journal of Nervous and Mental Disease VL - vol. 207 PS - 9 p. DO - http://dx.doi.org/10.1097/NMD.0000000000000965 ER - TY - JOUR AU - Ouwehand, E. AU - Zock, T.H. AU - Muthert, J.K. AU - Boeije, H.R. AU - Braam, A.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3451 TI - The Awful Rowing toward God: Interpretation of religious experiences by individuals with bipolar disorder EP - 462 SN - 0031-2789 IS - iss. 4 SP - 437 JF - Pastoral Psychology VL - vol. 68 PS - 25 p. DO - http://dx.doi.org/10.1007/s11089-019-00875-4 ER - TY - JOUR AU - Visscher, A.J.E. AU - Tonkens, E.H. AU - Braam, A.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3452 AB - ACHTERGROND Verschillende maatregelen stimuleren strafrechtelijke vervolging van geweld en agressie tegen hulpverleners in de psychiatrie. Gezien de mogelijke toename van (intramurale) incidenten in de ggz via de schakelbepaling in de Wet Forensische Zorg (wfz) beschouwen wij dit als een wenselijke ontwikkeling. In de praktijk bestaan spanningen tussen ggz en justitie over de vraag of de nadruk op zorg of straf moet liggen in de afhandeling van ‘instellingsfeiten’. DOEL De overwegingen van rechters aangaande instellingsfeiten inzichtelijk maken, beschrijven welke obstakels strafoplegging naast een lopend zorgkader bemoeilijken en suggesties aandragen voor een optimale afstemming tussen straf en zorg. METHODE Een kwalitatieve thematische analyse op basis van semigestructureerde interviews met acht rechters. De gespreksonderwerpen werden gebaseerd op vooraf verricht literatuuronderzoek en bespreking van casuïstiek. RESULTATEN De meerderheid van de rechters vond het berechten van (intramurale) incidenten problematisch, vanwege de moeilijk te bepalen schulduitsluitingsgrond, vraagtekens rondom recidivevermindering en de impact op het slachtoffer. Rechters wilden voorkómen dat straf leidt tot discontinuïteit van zorg, waardoor het psychiatrisch toestandsbeeld mogelijk kan verergeren. Het om zou rechters vollediger moeten informeren. CONCLUSIE Straf kan een lopende (klinische) behandeling in de ggz ondersteunen. Met de komst van de ‘Bopzbrigades’ bij het om wordt de relevante informatie vanuit ggz, politie en om idealiter gebundeld aan rechters gepresenteerd via de strafeis, leidend tot een vonnis waarin straf en zorg elkaar optimaal aanvullen. TI - Reflecties op ‘instellingsfeiten’: hoe denken rechters over strafbare feiten gepleegd in de GGZ? EP - 543 SN - 0165-0483 IS - iss. 8 SP - 536 JF - Nederlands Juristenblad VL - vol. 61 PS - 8 p. ER - TY - JOUR AU - Bredewold, F.H. AU - Haarsma, A. AU - Tonkens, E.H. AU - Jager-Vreugdenhil, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3453 TI - Convivial encounters: conditions for the urban social inclusion of people with intellectual and psychiatric disabilities. SN - 0042-0980 JF - Urban Studies N1 - 19 -2 25-0 DO - http://dx.doi.org/10.1177%2F0042098019869838 ER - TY - JOUR AU - Pel, E. AU - Wijngaarden, E.J. van AU - Dongen, E.P.A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3480 TI - Anesthesia Geriatric Evaluation (AGE): A Care-Ethical Perspective of a Multi-Disciplinary Approach for Tailored Preoperative Interventions SN - 2333-7214 JF - Gerontology and Geriatric Medicine DO - http://dx.doi.org/10.1177/2333721419876126 ER - TY - JOUR AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3481 TI - De fenomenologie van René Girard. EP - 253 SN - 1370-575X IS - iss. 2 SP - 233 JF - Tijdschrift voor Filosofie VL - vol. 81 PS - 21 p. DO - http://dx.doi.org/10.2143/TVF.81.2.3286766 ER - TY - JOUR AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3482 TI - Filosofie in een interdisciplinaire context: de Universiteit voor Humanistiek. EP - 232 SN - 1370-575X IS - iss. 2 SP - 223 JF - Tijdschrift voor Filosofie VL - vol. 81 DO - http://dx.doi.org/10.2143/TVF.81.2.3286765 ER - TY - CHAP AU - Wijngaarden, E.J. van PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3483 AB - Interviewing older persons requires specific attention to a number of age-related issues. These may include changes in cognitive processes, hearing and seeing impairments, and other health issues but also a different pace of life or increased tiredness. In addition, older persons have a lifetime of experience from which they can draw. Paying careful attention to these aspects when interviewing older persons can increase rapport and trust and consequently enhance the depth of these interviews. This entry outlines some ways in which interviewers can accomplish such depth. Instead of focusing on general methodological interview procedures and skills, this entry focuses on the more subtle level of views, attitude, and reflective openness. PB - Londen, UK : SAGE TI - Qualitative Interviewing of Older Persons SN - 9781526421036 CT - Atkinson, P.;Delamont, S.;Cernat, A. (ed.), Sage Research Methods Foundations DO - http://dx.doi.org/10.4135/9781526421036856323 ER - TY - JOUR AU - Lenferink, L.I.M. AU - Nickerson, A. AU - De Keijser, J. AU - Smid, G.E. AU - Boelen, P.A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3484 TI - Reciprocal Associations Among Symptom Levels of Disturbed Grief, Posttraumatic Stress, and Depression Following Traumatic Loss: A Four-Wave Cross-Lagged Study SN - 2167-7026 JF - Clinical Psychological Science N1 - 19 -2 23-0 DO - http://dx.doi.org/10.1177/2167702619858288 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3484/Lenferink_et_al._2019_In_press_CPSpdf.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Sebrechts, M.J. AU - Tonkens, E.H. AU - Da Roit, B. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3485 TI - Unfolding recognition: an empirical-theoretical contribution to the concept EP - 189 IS - iss. 2 SP - 173 JF - Distinktion: Journal of Social Theory VL - vol. 20 PS - 16 p. DO - http://dx.doi.org/10.1080/1600910X.2019.1586741 ER - TY - JOUR AU - Swinnen, A.M.C. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3487 TI - Reading ageism in “geezer and grump lit”: Responses to The Secret Diary of Hendrik Groen, 83, ¼ EP - 10 SN - 0890-4065 SP - 1 JF - Journal of Aging Studies VL - vol. 50 DO - http://dx.doi.org/10.1016/j.jaging.2019.100794 ER - TY - JOUR AU - Trappenburg, M.J. AU - Kampen, T. AU - Tonkens, E.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3488 TI - Social workers in a modernising welfare state: professionals or street-level bureaucrats? SN - 0045-3102 JF - British Journal of Social Work N1 - 19 -2 23-1 DO - http://dx.doi.org/10.1093/bjsw/bcz120 ER - TY - THES AU - Nell, J.M. PY - 2019 SN - 9789083013749 UR - https://hdl.handle.net/11439/3489 TI - Organiseren in meervoudige perspectieven. Recht doen aan sociaal werk in de wijk. N1 - UvH Universiteit voor Humanistiek, 24 oktober 2019 N1 - Promotor : Ewijk, H. van PS - 261 p. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3489/PROEFSCHRIFT%20DIGITAAL_Coby-Nell_interactief.pdf?sequence=1 ER - TY - BOOK AU - Poorthuis, M.J.H.M. AU - Duyndam, J. PY - 2019 SN - 9789463402620 UR - https://hdl.handle.net/11439/3490 PB - Budel : Damon TI - Einde van de politiek? Over populisme, democratie en staatsgeweld ER - TY - CHAP AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3491 PB - Budel : Damon TI - Het potentieel lichaam van de politiek. Over emocratie, mediacratie en populisme EP - 37 SN - 9789463402620 SP - 23 CT - Poorthuis, M.J.H.M.;Duyndam, J. (ed.), Einde van de politiek? Over populisme, democratie en staatsgeweld. ER - TY - CHAP AU - Leeman, Y.A.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3492 PB - Amsterdam : SWP TI - Professionaliseren voor goed onderwijs: Een goed idee is niet genoeg EP - 81 SN - 9789088509353 SP - 67 CT - Dijkstra, S.;Kunneman, H.;Rosmalen, B. van (ed.), In goed gezelschap ER - TY - THES AU - Meiden, J.H. van der PY - 2019 SN - 9789463804158 UR - https://hdl.handle.net/11439/3493 TI - Where Hope Resides. A Qualitative Study of the Contextual Theory and Therapy of Ivan Boszormenyi-Nagy and its Applicability for Therapy and Social Work N1 - UvH Universiteit voor Humanistiek, 18 november 2019 N1 - Promotor : Ewijk, H. van Co-promotor : Noordegraaf, M. PS - 221 p. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3493/Meiden%20van%20der_Where%20Hope%20Resides.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Leeman, Y.A.M. AU - Volman, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3512 TI - Citizenship in prevocational education: Professional pride as a source. JF - Education, Citizenship and Social Justice N1 - 19 -2 24-1 DO - http://dx.doi.org/10.1177/1746197919883252 ER - TY - MGZN AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3516 TI - "Laten we ons meer om elkaar bekommeren." EP - 51 IS - iss. 27 november 2019 SP - 48 JF - PLUS Magazine N1 - 27 november 2019 ER - TY - CHAP AU - Gasenbeek, A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3517 PB - Brussel : VUBPRESS TI - Organised Humanism in the Netherlands: 1945-2018 EP - 150 SN - 9789057188015 SP - 115 CT - Gasenbeek, A.;Nutte, N. de (ed.), Looking Back to Look Forward ER - TY - JOUR AU - Sobanski, P. AU - Alt-Epping, B. AU - Currow, D.C. AU - Goodlin, S.J. AU - Grodzicki, T. AU - Hogg, K. AU - Leget, C.J.W. AU - Martinez-Sellés, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3518 TI - Palliative care for people living with heart failure: European Association for Palliative Care Task Force expert position statement. SN - 0008-6363 JF - Cardiovascular Research N1 - 19 -2 29-0 DO - http://dx.doi.org/10.1093/cvr/cvz200 ER - TY - CONF AU - Gersons, B.P.R. AU - Nijdam, M.J. AU - Smid, G.E. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3519 TI - Pre-Meeting Institute November 13: Brief Eclectic Psychotherapy (BEPP) for complex trauma and traumatic grief CT - The International Society for Traumatic Stress Studies 35th Annual Meeting: Final Program and Proceedings ER - TY - JOUR AU - Bredewold, F.H. AU - Verplanke, L.H. AU - Kampen, T. AU - Tonkens, E.H. AU - Duyvendak, W.G.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3520 AB - In many countries in north‐western Europe, the welfare state is changing, and governments expect a great deal of informal care. In the Netherlands, citizens are also increasingly expected to rely on informal instead of professional care. In this study, we aim to determine to what extent Dutch care‐dependent people want to rely on social network members and what reasons they raise for accepting or refusing informal care. To answer this question, we observed 65 so‐called ‘kitchen table talks’, in which social workers assess citizens’ care needs and examine to what extent relatives, friends and/or neighbours can provide help and care. We also interviewed 50 professionals and 30 people in need of care. Our findings show that a great deal of informal care is already given (in 46 out of 65 cases), especially between people who have a close emotional bond. For this reason, people in need of care often find it difficult to ask their family members, friends or neighbours for extra assistance. People are afraid to overburden their family members, friends or neighbours. Another reason people in need of care raise against informal care is that they feel ashamed of becoming dependent. Although the government wants to change the meaning of autonomy by emphasising that people are autonomous when they rely on social network members, people who grew up in the heyday of the welfare state feel embarrassed and ashamed when they are not able to reciprocate. Our findings imply that policymakers and social professionals need to reconsider the idea that resources of informal care are inexhaustible and that citizens can look after each other much more than they already do. It is important that social policymakers approach the codes and norms underlying social relations more cautiously because pressure on these relations can have negative effects. TI - The care-receivers perspective: how care dependent people struggle with accepting help from family-members, friends and neighbours. SN - 1365-2524 JF - Health and Social Care in the Community N1 - 19 -2 09-1 DO - http://dx.doi.org/10.1111/hsc.12906 ER - TY - JOUR AU - Groot, I. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3521 TI - Verantwoord stemmen tijdens de verkiezingen: waar leer je dat? SN - 1380-4731 JF - Van Twaalf tot Achttien VL - vol. 6 ER - TY - JOUR AU - Schreurs, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3522 TI - Verbeelding in de politiek EP - 37 IS - iss. 204 SP - 34 JF - Idee. Tijdschrift voor het sociaal-liberalisme VL - vol. april 2019 PS - 4 p. ER - TY - JOUR AU - Schreurs, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3523 TI - Wat is visie ? EP - 7 IS - iss. 204 SP - 6 JF - Idee. Tijdschrift voor het sociaal-liberalisme VL - vol. april 2019 PS - 2 p. ER - TY - JOUR AU - Braam, A.W. AU - Hoenders, H.J.R. AU - Steen, A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3524 AB - In het huidige tijdsgewricht lijkt er een neiging te bestaan om levensproblemen die nu eenmaal tot het bestaan behoren te psychologiseren of zelfs psychiatrisch te labelen. Zou het bij die levensproblemen gaan om een werkelijk gebrek aan zingeving? Of gaat het om een spraakverwarring, door een gebrek aan eenduidige terminologie met betrekking tot bestaansvragen? Daartoe is het wenselijk om eerst nader te bespreken wat die term zingeving behelst. Het discours is namelijk eerder maatschappelijk en beschouwend van aard, dan psychologisch of psychiatrisch. In de huidige bijdrage komen enkele benaderingen van zingeving vanuit de humanistiek aan bod. Daar komt een hoofdcontour uit naar voren. Inhoudelijk telt er mee hoe iemand in zijn of haar leven (en: levensnarratief) staat en daar een betekenisvolle persoonlijke samenhang in ziet (coherence) die ook naar de toekomst reikt (purpose). Sommige zingevingsaspecten (zelfwaardering, identiteit, competentie, welbevinden, verbondenheid) tonen echter een markante tautologische overlap met psychologisch welzijn en persoonlijkheid. Bij zingeving gaat het verder om iets dat het leven daadwerkelijk de moeite waard maakt (significance), waarbij zelftranscendentie, horizontale of verticale transcendentie in het spel kunnen komen. Verbinding met de medemens komt niet in iedere benadering terug, maar vormt mogelijk wel een van de belangrijkste elementen. Een voorlopige aanbeveling is om zingeving in meerdere betekenisvolle domeinen te peilen, namelijk die van liefhebben, werken, lijden en spelen. TI - Zingeving als term in psychische hulpverlening: benaderingen vanuit de humanistiek EP - 276 SN - 1385-4585 IS - iss. 4 SP - 267 JF - Psyche en Geloof VL - vol. 30 PS - 10 p. ER - TY - JOUR AU - Roest, B. AU - Trappenburg, M.J. AU - Leget, C.J.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3526 TI - Being a burden to others and wishes to die: The importance of the sociopolitical context. SN - 0269-9702 JF - Bioethics N1 - 19 -2 21-1 DO - http://dx.doi.org/10.1111/bioe.12688 ER - TY - JOUR AU - Trappenburg, M.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3527 TI - Continuïteit SN - 12459C IS - iss. 4 SP - 15 JF - Vakblad Sociaal Werk PS - 1 p. ER - TY - CONF AU - Smid, G.E. AU - Hengst, S.M.C. AU - De la Rie, S.M. AU - Groen, S. AU - Boelen, P.A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3528 PB - Rotterdam : [s.n.] TI - Culturally Sensitive Assessment of Traumatic Grief CT - ESTSS2019 Rotterdam Symposium abstract book. European Journal of Psychotraumatology, 10:sup1 N1 - ESTSS2019 Rotterdam, 15 juni 2019 DO - http://dx.doi.org/10.1080/20008198.2019.1613834 ER - TY - CHAP AU - Kampen, T. AU - Sebrechts, M.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3529 PB - Utrecht : Wetenschappelijk Bureau GroenLinks TI - De bijstand als blijk van beschaving: een pleidooi voor realisme, zekerheid, wederkerigheid en inspraak. EP - 76 SP - 57 CT - Werk aan de winkel: goede dienstverlening voor iedereen zonder werk ER - TY - CHAP AU - Gasenbeek, A. AU - Nutte, Niels de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3530 PB - Brussel : VUBPRESS TI - Introduction EP - 22 SN - 9789057188015 SP - 11 CT - Gasenbeek, A.;Nutte, N. de (ed.), Looking Back to Look forward ER - TY - BOOK AU - Gasenbeek, A. AU - Nutte, Niels de PY - 2019 SN - 9789057188015 UR - https://hdl.handle.net/11439/3531 PB - Brussel : VUBPRESS TI - Looking Back to Look Forward. Organised Humanism in the World. PS - 171 p. ER - TY - JOUR AU - Coers, D. AU - Boer, M. de AU - Buijsen, M. AU - Leget, C.J.W. AU - Hertogh, C.M.P.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3533 TI - Euthanasie bij gevorderde dementie: het DALT-project. De ontwikkeling van een praktische handreiking over euthanasie bij dementie op basis van een schriftelijke wilsverklaring. SN - 1879-5439 JF - Tijdschrift voor Ouderengeneeskunde ER - TY - JOUR AU - Leget, C.J.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3534 TI - Wat bedoelt iemand die zegt dat hij dood wil? SN - 1389-143X IS - iss. 2 JF - Geron VL - vol. 21 N1 - Bespreking van: P. van Tongeren,Willen sterven. Over de autonomie en het voltooide leven. Utrecht:Uitgeverij Kok ,2019 9789043529457 ER - TY - JOUR AU - Lenferink, L.I.M. AU - Boelen, P.A. AU - Smid, G.E. AU - Paap, M.C.S. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3535 TI - The importance of harmonising diagnostic criteria sets for pathological grief SN - 0007-1250 JF - British Journal of Psychiatry N1 - 19 -2 03-1 DO - http://dx.doi.org/10.1192/bjp.2019.240 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3535/Lenferinketal.2019BJP.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Groot, I. de AU - Eidhof, B.B.F. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3536 TI - Mock elections as a way to cultivate democratic development and a democratic school culture. EP - 382 SN - 1474-8460 IS - iss. 3 SP - 362 JF - London Review of Education VL - vol. 17 PS - 20 p. DO - http://dx.doi.org/10.18546/LRE.17.3.11 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3536/LRE%20De%20Groot%20%26%20Eidhof%202019.pdf?sequence=1 ER - TY - CONF AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3537 TI - Eenzaamheid en zingeving CT - Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie N1 - 15e Gerontologiecongres, 1 november 2019 ER - TY - CONF AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3538 TI - Ouderen en sociale weerbaarheid CT - Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie N1 - 15e Gerontologiecongres, 1 november 2019 ER - TY - JOUR AU - Smid, G.E. AU - Groen, S.P.N. AU - De la Rie, S.M. AU - Kooper, S. AU - Boelen, P.A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3539 TI - Culturele evaluatie van verlies en rouw EP - 883 SN - 0303-7339 SP - 879 JF - Tijdschrift voor Psychiatrie VL - vol. 61 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3539/Smid_Groen_de_la_Rie_Kooper_Boelen_2019_Culturele_Evaluatie_Rouw.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Rooijen, M. van AU - Jacobs, G.C. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3540 TI - A professionalisation programme towards children’s risk-taking in play in childcare contexts: moral friction on developing attitudes and collegial expectations. EP - 756 SN - 1350-293X IS - iss. 6 SP - 741 JF - European Early Childhood Education Research Journal VL - vol. 27 N1 - 19 -2 15-1 DO - http://dx.doi.org/10.1080/1350293X.2019.1678715 ER - TY - CONF AU - Kate, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3541 PB - Zwolle : ArtEz Zwolle TI - On Humbling Visitations: Peter Greenaway’s work between Christian symbolic and modern experience, with reference to Hannah Arendt, Jean-Luc Nancy and Charles Taylor EP - 57 SP - 47 CT - Hendriks, N.;Weitkamp, W. (ed.), Human Matters - ArtEz Zwolle ER - TY - CHAP AU - Kate, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3542 PB - Eindhoven : Damon TI - Politiek en resonantie. Met Hartmut Rosa voorbij het neoliberalisme denken EP - 113 SN - 9789463402620 SP - 101 CT - Poorthuis, M.;Duyndam, J. (ed.), Het einde van de politiek. Over populisme, democratie en staatsgeweld ER - TY - JOUR AU - Kate, L. AU - Hemel, E. van den PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3543 TI - Religion, Community, Borders - Tensions and Interactions between Religious, Cultural and National Imaginaries in Neoliberal Times. An Introduction EP - 258 SN - 2364-2807 JF - Interdisciplinary Journal for Religion and Transformation in Contemporary Society – J-RaT VL - vol. 5 N1 - 19 -2 17-0 PS - 22 p. ER - TY - CHAP AU - Kate, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3544 PB - Frankfurt a.M. : Suhrkamp TI - Something is in the Air: Deconstructions of the Creation Starting from Peter Sloterdijk’s “Breathed Commune” EP - 239 SN - 9783518469439 SP - 218 CT - Weibel, P. (ed.), Von Morgenrothe die noch nicht geleuchtet haben - Ein Symposium zu Peter Sloterdijk ER - TY - JOUR AU - Kate, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3545 TI - Strange Freedom: Liberal Religion and the Play of Imaginaries EP - 1 SN - 2617-1953 JF - Limina - Grazer Theologische Perspektive VL - vol. 2:2 PS - 22 p. DO - http://dx.doi.org/10.25364/17.2:2019.2.7 ER - TY - CHAP AU - Veugelers, W.M.M.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3546 PB - London : Brill Sense TI - The future of EDIC+. EP - 194 SN - 9789004411920 SP - 191 CT - Veugelers, W. (ed.), Education for Democratic and Intercultural Citizenship ER - TY - CHAP AU - Veugelers, W.M.M.H. AU - Groot, I. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3547 PB - London : Sense TI - Theory and Practice of Citizenship Education EP - 41 SN - 9789004411920 SP - 14 CT - Veugelers, W. (ed.), Education for Democratic and Intercultural Citizenship ER - TY - CHAP AU - Duyndam, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3548 PB - Leusden : ISVW Uitgevers TI - Wie heeft de regie? Harari, humaniteit en A.I. EP - 53 SN - 9789492538734 SP - 47 CT - Middelhoek, D. (ed.), Sprookjes voor hoogopgeleiden. Humanistische antwoorden op Harari's Homo Deus ER - TY - JOUR AU - Schuhmann, C.M. AU - Jacobs, G.C. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3549 TI - Aandachtsgebieden voor een actuele humanistiek: Lichamelijkheid, spiritualiteit en diversiteit SN - 2214-3149 JF - Waardenwerk VL - vol. 78-79 ER - TY - JOUR AU - Lely, A.A. de AU - Schaap - Jonker, H. AU - Braam, A.W. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3550 TI - Bevindelijk gereformeerd: risicofactor voor suïcide? Een retrospectief cohortonderzoek naar de incidentie van suïcides in een christelijke ggz-instelling EP - 844 SN - 0303-7339 IS - iss. 12 SP - 837 JF - Tijdschrift voor Psychiatrie VL - vol. 61 PS - 8 p. ER - TY - JOUR AU - Kate, L. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3551 TI - De Voorbijgaande God: Aan- en afwezigheid in monotheïsme en atheïsme EP - 102 SN - 2214-3149 JF - Waardenwerk PS - 14 p. ER - TY - GEN AU - Kate, L. ten AU - Bos, R. ten PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3552 PB - [s.l.] : Nieuwwij TI - De geest van de vrijheid en de geest van Nietzsche – Over oikofobie en oikofilie N1 - 13 augustus 2019 ER - TY - JOUR AU - Schreurs, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3553 TI - Dossier nieuwkomerschool EP - 137 SN - 2214-3149 SP - 131 JF - Waardenwerk VL - vol. 78-79 ER - TY - CHAP AU - Veugelers, W.M.M.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3554 PB - London : Sense TI - Education for Democratic Intercultural Citizenship (EDIC). EP - 13 SN - 9789004411920 SP - 1 CT - Veugelers, W. (ed.), Education for Democratic and Intercultural Citizenship ER - TY - JOUR AU - Schreurs, M. AU - Laurens ten Kate, L PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3555 TI - Gemengde scholen wijzen de weg naar de toekomst EP - 141 SN - 2214-3149 SP - 138 JF - Waardenwerk ER - TY - JOUR AU - Kate, L. AU - Schreurs, M. AU - Verveld, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3556 TI - Gemengde scholen wijzen de weg naar de toekomst EP - 142 SN - 2214-3149 SP - 138 JF - Waardenwerk VL - vol. 78-79 PS - 5 p. ER - TY - BOOK AU - Veugelers, W.M.M.H. PY - 2019 SN - 9789004411920 UR - https://hdl.handle.net/11439/3557 PB - Londen : Brill Sense TI - Education for Democratic Intercultural Citizenship PS - 195 p. ER - TY - GEN AU - Veugelers, W.M.M.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3558 TI - Een pleidooi voor een permanent inhoudelijk onderwijsdebat ER - TY - CHAP AU - Veugelers, W.M.M.H. AU - Terlingen, Jos PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3559 PB - London : Routledge TI - How music education can contribute to moral development and citizenship. EP - 234 SN - 9780367111229 SP - 229 CT - Astuti, K.S. (ed.), 21st century innovation in music education ER - TY - CHAP AU - Veugelers, W.M.M.H. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3560 PB - London : Routledge TI - Why Ivor Goodson never became a Rolling Stone but did achieve some ‘greatest hits’ and world tours in educational science. EP - 48 SN - 9781138389755 SP - 41 CT - Sikes, P.;Novakovic, P. (ed.), Storying the Public Intellectual: Commentaries on the Impact and Influence of the Work of Ivor Goodson ER - TY - GEN AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3562 PB - [s.l.] : HOLOS TI - "Ouderen eenzamer dan ooit? Nee hoor!" N1 - 28 maart 2019 ER - TY - RPRT AU - Berg, B. vanden AU - Groot, I. de AU - Kate, L. ten AU - Schreurs, M. AU - Meijlink, K. AU - Leygraaf, M. AU - Dalen, A. van AU - Verveld, J. AU - Cornielje, S. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3570 PB - Amsterdam : CEPM-Radiant TI - De wereld ontdekken in de klas. Hoe nieuwkomerkinderen met elkaar en met leerkrachten een gedeelde wereld creëren N1 - Onderzoek naar globalisering in schakelklassen PS - 107 p. ER - TY - GEN AU - Knijn, T AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3571 PB - [s.l.] : Movisie TI - Notitie: De kloof dichten tussen wetenschap en praktijk ER - TY - CHAP AU - Jacobs, G.C. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3579 PB - Delft : Eburon TI - Slotwoord "Wat er werkt" in een veelkleurig vak: een uitnodiging tot onderzoek. EP - 122 SN - 9789463012454 SP - 115 CT - Duyndam, J.;Frank, J. (ed.), Wegwijs in levensvragen. Over humanistisch geestelijke verzorging. ER - TY - JOUR AU - Ruyter, D.J. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3580 TI - De betekenis van educatie. De bijdrage aan menselijk floreren in een diverse samenleving. Deel van de Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar Educatie aan de Universiteit voor Humanistiek op 28 mei 2019 EP - 380 SN - 1567-7109 IS - iss. 3 SP - 367 JF - Pedagogiek VL - vol. 39 ER - TY - BOOK AU - Leget, C.J.W. PY - 2019 SN - 9789057322839 UR - https://hdl.handle.net/11439/3581 PB - Den Haag : Centrum voor Ethiek en Gezondheid (CEG) TI - De prijs van de vrijheid. Over de positie van sociaal kwetsbare jongeren met beperkte cognitieve vaardigheden in de samenleving. N1 - 7e Els Borst lezing. Centrum voor Ethiek en gezondheid. PS - 30 p. ER - TY - JOUR AU - Ruyter, D.J. de PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3582 TI - Does a theory of moral education need the input of empirical research? EP - 648 SN - 0309-8249 IS - iss. 4 SP - 642 JF - Journal of Philosophy of Education VL - vol. 53 ER - TY - CHAP AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3588 PB - Heidelberg : Springer TI - How have you been? On existential reflection and thoughtful teaching EP - 130 SN - 9789813294004 SP - 117 CT - Scott Webster, R.;Whelen, J.D. (ed.), Rethinking reflection and ethics for teachers ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3589 TI - Religious education, a matter of understanding? Reflections on the final report of the Commission on Religious Education EP - 63 SN - 1361-7672 SP - 55 JF - Journal of Beliefs & Values VL - vol. 40 DO - http://dx.doi.org/10.1080/13617672.2018.1554330 ER - TY - CHAP AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3590 PB - Berlin : Matthes&Seitz TI - Schulen im Shopping-Zeitalter. EP - 71 SN - 9783957574121 SP - 60 CT - Fehrmann, S. (ed.), Schools of tomorrow ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3591 TI - Teaching for the possibility of being taught: World-centred education in an age of learning. EP - 69 SP - 55 JF - English E-journal of the Philosophy of Education VL - vol. 4 ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3592 TI - Duurzaamheid in het onderwijs: agenda of principe? Een pleidooi voor realiteitszin. EP - 64 SN - 2214-3149 SP - 59 JF - Waardenwerk VL - vol. 78-79 ER - TY - BOOK AU - Biesta, G.J.J. AU - Ahlström, L. PY - 2019 SN - 9789127823594 UR - https://hdl.handle.net/11439/3593 PB - Stockholm : Natur & Kultur TI - Undervisningens återkomst. ER - TY - CHAP AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3594 PB - London / new York : Taylor & Francis TI - What if? Art education beyond expression and creativity SN - 9781118978078 CT - Hickman, R.;Baldacchino, J.;Freedman, K. (ed.), International Encyclopedia of Art and Design Education. ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3595 TI - What is the educational task? Arousing the desire for wanting to exist in the world in a grown-up way EP - 61 SP - 51 JF - Pedagogia y Saberes VL - vol. 50 ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3596 TI - What kind of society does the school need? Redefining the democratic work of education in impatient times EP - 668 SN - 0039-3746 SP - 657 JF - Studies in philosophy and education VL - vol. 38 DO - http://dx.doi.org/10.1007/s11217-019-09675-y ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3597 TI - Why educational research should not just solve problems, but should cause them as well. EP - 4 SN - 0141-1926 SP - 1 JF - British Educational Research Journal VL - vol. 45 DO - http://dx.doi.org/10.1002/berj.3509 ER - TY - CHAP AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3598 PB - Frederiksberg : Samfundslitteratur TI - En indvending mod læringens politik EP - 576 SN - 9788759331361 SP - 257 CT - Illeris, K. (ed.), 15 aktuelle læringsteorier ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. AU - Säfström, C.A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3599 TI - Menntaávarpið. (Icelandic translation of: A manifesto for education.) JF - NETLA-Online journal of Pedagogy and Education DO - http://dx.doi.org/10.24270/netla.2019.5 ER - TY - BOOK AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 SN - 9789004401082 UR - https://hdl.handle.net/11439/3600 PB - Leiden : Brill Sense TI - Obstinate education: Reconnecting school and society PS - 167 p. ER - TY - CHAP AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3601 PB - Bad Heilbrunn : Verlag Julius Klinkhardt TI - Reclaiming teaching for teacher education: Towards a spiral curriculum. EP - 28 SN - ISBN9783781523333 SP - 17 CT - Doff, S. (ed.), Spannungsgelder der Lehrerbildung. Beiträge zu einer Reformdebatte ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3602 TI - Reclaiming teaching for teacher education: Towards a spiral curriculum. EP - 272 SP - 259 JF - Beijing International Review of Education VL - vol. 1 ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3603 TI - Should teaching be re(dis)covered? Introduction to a symposium. EP - 553 SN - 0039-3746 SP - 549 JF - Studies in philosophy and education VL - vol. 38 DO - http://dx.doi.org/10.1007/s11217-019-09667-y ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3604 TI - The uninterrupted life is not worth living. On religious education and the public sphere. EP - 185 SN - 0044-3247 SP - 173 JF - Zeitschrift fur Padagogik VL - vol. 71 DO - http://dx.doi.org/10.1515/zpt-2019-0021 ER - TY - JOUR AU - Biesta, G.J.J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3605 TI - Trying to be at home in the world: New parameters for art education. JF - Artlink VL - vol. 39 ER - TY - JOUR AU - Suárez Müller, F. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3627 AB - https://www.waardenwerk.net/van-commons-naar-common-good/1028726 TI - Van Commons naar Common Good EP - 75 SN - 2214-3149 SP - 58 JF - Waardenwerk VL - vol. 77 PS - 17 p. ER - TY - JOUR AU - Sanderse, W. AU - Huijsse, B. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3672 TI - Van eigenwijs naar samen wijs: hoe praktische wijsheid leraren wél kan helpen het goede te doen. EP - 58 SN - 1876-4622 IS - iss. 1 SP - 47 JF - Tijdschrift voor Lerarenopleiders VL - vol. 40 PS - 11 p. ER - TY - CHAP AU - Gasenbeek, A. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3674 PB - Leusden : ISVW TI - Ontstaan en ontwikkeling van humanistische bijzondere leerstoelen 1951-2019 EP - 24 SN - 9789492538734 SP - 13 CT - Middelhoek, D. (ed.), Sprookjes voor hoogopgeleiden ER - TY - JOUR AU - Wojtkowiak, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3675 TI - Zinvol leven in een veranderende samenleving EP - 284 SN - 1385-4585 IS - iss. 4 SP - 277 JF - Psyche en Geloof VL - vol. 30 ER - TY - JOUR AU - Suárez Müller, F. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3688 AB - https://poj.peeters-leuven.be/content.php?url=article&id=3286769&journal_code=TVF TI - De historische betekenis van interdisciplinariteit. Over de humanistische betekenis van interdisciplinariteit EP - 346 SN - 1370-575X IS - iss. 2 SP - 315 JF - Tijdschrift voor Filosofie VL - vol. 81 PS - 31 p. DO - http://dx.doi.org/10.2143/TVF.81.2.3286769 ER - TY - JOUR AU - Suárez Müller, F. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3689 AB - https://www.waardenwerk.net/humanisering-als-proces/1028579 TI - Humanisering als proces EP - 52 SN - 2214-3149 SP - 36 JF - Waardenwerk VL - vol. 76 PS - 16 p. ER - TY - JOUR AU - Azimi, E. AU - Kuusisto, E.P. AU - Tirri, K. AU - Hatami, J. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3399 TI - How do student teachers reflect on their practice through practicum courses? A case study from Iran EP - 289 SN - 0260-7476 SP - 277 JF - Journal of Education for Teaching VL - vol. 45 DO - http://dx.doi.org/10.1080/09589236.2019.1599511 ER - TY - BOOK AU - Veugelers, W.M.M.H. PY - 2019 SN - 9789082535884 UR - https://hdl.handle.net/11439/3400 PB - Utrecht : Universiteit voor Humanistiek TI - Learning and Teaching in Critical-Democratic Citizenship Education. Afscheidsrede PS - 56 p. L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3400/afscheidsrede%20WV.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Boelen, P.A. AU - Olff, M. AU - Smid, G.E. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3403 AB - Traumatic loss involves the loss of loved ones in the context of potentially traumatizing circumstances and is a commonly reported traumatic event. It may give rise to disturbed grief, called prolonged grief disorder (PGD) in ICD-11 and persistent complex bereavement disorder (PCBD) in DSM-5, combined with posttraumatic stress disorder (PTSD) and depression. The recent inclusion of grief disorders in both DSM-5 and ICD-11 have spurred research on grief-related psychopathology. This special issue on traumatic loss includes 10 articles and two letters. Topics addressed include diagnostic criteria for PGD, children’s perspectives on life after parental intimate partner homicide, and the impact of visiting the site of deaths caused by terror. Early indicators of problematic grief trajectories are addressed, as well as moderators and mediators of disordered grief, including coping strategies, rumination, and meaning-making. Further, a meta-analysis synthesizing research findings on correlates of disturbed grief following traumatic loss is presented. Finally, specialized treatments as Eye Movement Desensitisation and Reprocessing (EMDR) and Cognitive Behavioural Therapy (CBT) for grief are addressed, and predictors of treatment response for CBT for PGD including levels of self-blame and avoidance are scrutinized. As such, the articles included in this special issue increase our understanding of the needs of people confronted with traumatic loss and bring promising findings with regard to diagnosis, prevention, and specialized treatment in children, young people and adults. This article also introduces a hypothetical staging, profiling, and stepped care model which may offer a template to integrate existing and emerging research findings on possible courses and correlates of grief, in order to inform treatment decisions. TI - Traumatic loss: Mental health consequences and implications for treatment and prevention SN - 2000-8066 IS - iss. 1 JF - European Journal of Psychotraumatology VL - vol. 10 N1 - 19 -2 15-0 DO - http://dx.doi.org/10.1080/20008198.2019.1591331 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3403/Boelen%20Olff%20Smid%202019%20Traumatic%20loss%20Mental%20health%20consequences%20and%20implications%20for%20treatment%20and%20prevention.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Aarts, R. AU - Van Wanrooij, L. AU - Bloemen, E. AU - Smid, G.E. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3404 AB - Introduction: If asylum applicants need to prove that they have been persecuted in their home country, expert judgment of the psychological and physical consequences of torture may support the judicial process. Expert medico-legal reports can be used to assess whether the medical complaints of the asylum seeker are consistent with their asylum account. It is unclear which factors influence medical expert judgement about the consistency between an asylum seeker’s symptoms and story, and to what extent expert medico-legal reports are associated with judicial outcomes. Methods: We analysed 97 medico-legal reports on traumatised asylum seekers in the Netherlands. First, we evaluated the impact of trauma-related and other variables on experts’ judgments of the consistency of symptoms and story. Second, we evaluated the effect of experts’ judgments of symptom-story consistency on subsequent judicial outcomes. Results: Gender, receipt of mental health care and trauma-related variables were associated with symptomstory consistency. Positive asylum decisions were predicted by expert judgments about the presence of physical signs and symptoms of torture, and ill-treatment and their consistency with the refugee’s story, but not psychological symptoms. Conclusion: These results suggest that standardised procedures for the documenting of medical evidence by independent experts can improve judicial decision quality and the need to improve psychological and psychiatric assessments. TI - Expert medico-legal reports: The relationship between levels of consistency and judicial outcomes in asylum seekers in the Netherlands EP - 46 SN - 1018-8185 IS - iss. 1 SP - 36 JF - Torture Journal VL - vol. 29 DO - http://dx.doi.org/10.7146/torture.v29i1.111205 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3404/Aarts%20et%20al%202019%20Asylum%20seekers%20judicial%20procedure%20consistency.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Hirsto, L. AU - Kuusisto, E.P. AU - Ubani, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3405 TI - Editorial - International perspectives on worldviews in education EP - 7 SN - 1694-2493 IS - iss. 5 SP - 1 JF - International Journal of Learning, Teaching and Educational Research VL - vol. 18 DO - http://dx.doi.org/10.26803/ijlter.18.5.1 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3405/IJLTER_Hirsto%2cKuusisto%2cUbani2019.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Kuusisto, E.P. AU - Hirsto, L. AU - Ubani, M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3406 TI - Editorial - Introduction to religions and worldviews creating purpose and meaning for learning SN - 1361-7672 JF - Journal of Beliefs & Values N1 - 19 -2 13-0 DO - http://dx.doi.org/10.1080/13617672.2019.1616400 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3406/JBV_Kuusisto%2cHirsto%2cUbani2019_Introduction.pdf?sequence=1 ER - TY - CHAP AU - Kuusisto, E.P. AU - Moree, D. AU - Sillavee, R. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3407 PB - Leiden : Brill-Sense TI - Experiencing democratic intercultural citizenship – EDIC Intensive Programmes EP - 183 SP - 166 CT - Veugelers, W. (ed.), Education for Democratic Intercultural Citizenship ER - TY - JOUR AU - Zhang, J. AU - Kuusisto, E.P. AU - Tirri, K. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3408 TI - How do students’ implicit beliefs about learning reflect their cultural values and predict academic achievement? EP - 126 SN - 1694-2493 IS - iss. 5 SP - 111 JF - International Journal of Learning, Teaching and Educational Research VL - vol. 18 DO - http://dx.doi.org/10.26803/ijlter.18.5.8 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3408/IJLTER_Zhang%2cKuusisto%2cTirri2019.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Cedillo Berber, L. AU - Kuusisto, E.P. AU - Tirri, K. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3409 TI - Teachers’ perceptions of gratitude in classroom interactions: a case study from Finland EP - 88 SN - 1694-2493 IS - iss. 5 SP - 73 JF - International Journal of Learning, Teaching and Educational Research VL - vol. 18 DO - http://dx.doi.org/10.26803/ijlter.18.5.6 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3409/IJLTER_CedilloBerber%2cKuusisto%2cTirri2019.pdf?sequence=1 ER - TY - JOUR AU - Hupkens, S. AU - Goumans, M. J. B. M. AU - Derkx, P.H.J.M. AU - Oldersma, A. AU - Schutter, T. AU - Machielse, J.E.M. PY - 2019 UR - https://hdl.handle.net/11439/3410 TI - Meaning in life of older adults in daily care: A qualitative analysis of participant observations of home nursing visits. EP - 9 SN - 0309-2402 SP - 1 JF - Journal of Advanced Nursing N1 - 19 -2 11-0 DO - http://dx.doi.org/10.1111/jan.14027 L1 - https://repository.uvh.nl/bitstream/handle/11439/3410/Hupkens_et_al-2019-Journal_of_Advanced_Nursing.pdf?sequence=1 ER -